Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 08-02-2023, ECLI:NL:GHSHE:2023:479, 21/00919 tot en met 21/00922
Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 08-02-2023, ECLI:NL:GHSHE:2023:479, 21/00919 tot en met 21/00922
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Datum uitspraak
- 8 februari 2023
- Datum publicatie
- 10 augustus 2023
- Formele relaties
- Eerste aanleg: ECLI:NL:RBZWB:2021:2617, (Gedeeltelijke) vernietiging en zelf afgedaan
- Zaaknummer
- 21/00919 tot en met 21/00922
- Relevante informatie
- Art. 28b Wet OB 1968, Art. 28d Wet OB 1968, Art. 4c Uitv.besch. OB
Inhoudsindicatie
Voor de jaren 2012 en 2013 zijn aan belanghebbende naheffingsaanslagen omzetbelasting en verzuimboeten opgelegd. Partijen houdt verdeeld hoe de globalisatieregeling en de autodemontageregeling moeten worden toegepast op de gemengde activiteiten van belanghebbende (handel en autodemontage-activiteiten). Het hof beslist, in navolging van de rechtbank, dat belanghebbendes berekeningswijze niet gevolgd kan worden. Tijdens het onderzoek ter zitting van het hof heeft de inspecteur verklaard de verzuimboeten niet langer te handhaven, omdat deze een gevolg zijn van de door belanghebbende gedane suppleties.
Uitspraak
Team belastingrecht
Meervoudige Belastingkamer
Nummers: 21/00919 tot en met 21/00922
Uitspraak op het hoger beroep van
[belanghebbende] ,
gevestigd in [vestigingsplaats] ,
hierna: belanghebbende,
tegen de uitspraak van rechtbank Zeeland-West-Brabant (hierna: de rechtbank) van 26 mei 2021, nummers BRE 18/263 tot en met BRE 18/266, in het geding tussen belanghebbende en
de inspecteur van de Belastingdienst,
hierna: de inspecteur.
1 Ontstaan en loop van het geding
Belanghebbende heeft suppleties omzetbelasting ingediend over 2011 tot en met 2014. De inspecteur heeft de suppleties over 2011 en 2014 aangemerkt als bezwaren tegen de voldoening op aangifte. Bij uitspraken op bezwaar heeft de inspecteur de bezwaren voor 2011 en 2014 niet-ontvankelijk verklaard en is hij ambtshalve aan de bezwaren tegemoetgekomen door de bedragen aan omzetbelasting te verminderen.
Naar aanleiding van de suppleties zijn over 2012 en 2013 naheffingsaanslagen omzetbelasting opgelegd. Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen deze naheffingsaanslagen en de in rekening gebrachte belastingrente en opgelegde verzuimboeten. Bij uitspraken op bezwaar zijn de naheffingsaanslagen, rente en boeten gehandhaafd.
Belanghebbende heeft tegen deze uitspraken beroep ingesteld bij de rechtbank.
De rechtbank heeft zich onbevoegd verklaard in de beroepen tegen de ambtshalve verminderingen en heeft de andere beroepen ongegrond verklaard. De verzuimboeten zijn door de rechtbank verminderd wegens overschrijding van de redelijke termijn.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de rechtbank hoger beroep ingesteld bij het hof. De inspecteur heeft een verweerschrift ingediend.
De zitting heeft plaatsgevonden op 13 januari 2023 in ’s-Hertogenbosch. Daar zijn verschenen [A] , als gemachtigde van belanghebbende, en, namens de inspecteur, [inspecteur 1] en [inspecteur 2] . Op deze zitting zijn de onderhavige zaken gelijktijdig, maar niet gevoegd, behandeld.
Het hof heeft aan het einde van de zitting het onderzoek gesloten. Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat gelijktijdig met de uitspraak aan partijen is verzonden.
2 Feiten
Belanghebbende is ondernemer in de zin van artikel 7 van de Wet op de omzetbelasting 1968 (hierna: Wet OB). De bedrijfsactiviteiten van belanghebbende bestaan uit de handel in en reparatie van gebruikte auto’s, het demonteren van auto’s en de handel in onderdelen en accessoires van (sloop-)auto’s.
Bij belanghebbende is een boekenonderzoek ingesteld naar onder meer de aangiften omzetbelasting over de periode 1 januari 2011 tot en met 31 december 2014. Op 12 april 2017 is hiervan een rapport boekenonderzoek opgemaakt.
Belanghebbende heeft suppleties ingediend naar de volgende bedragen en de inspecteur heeft de volgende naheffingsaanslagen, beschikkingen belastingrente en verzuimboeten opgelegd dan wel ambtshalve teruggaven verleend:
2011 |
2012 |
2013 |
2014 |
|
Suppletie |
-/- € 20.730 |
€ 20.615 |
€ 5.446 |
-/- € 21.521 |
Amtsh.teruggaaf |
-/- € 11.558 |
-/- € 4.826 |
||
Naheff. aanslag |
€ 40.902 |
€ 23.637 |
||
Belastingrente |
€ 6.769 |
€ 3.202 |
||
Verzuimboete |
€ 4.090 |
€ 2.363 |
De rechtbank heeft de verzuimboeten verminderd tot € 3.272 (2012) en € 1.890 (2013).
3 Geschil en conclusies van partijen en toezegging van de inspecteur
In geschil is hoe de verschuldigde omzetbelasting over de activiteiten van belanghebbende moet worden berekend, meer in het bijzonder op welke wijze de globalisatieregeling en specifiek de autodemontageregeling moet worden toegepast, gelet op de gecombineerde activiteiten van belanghebbende.
Belanghebbende concludeert tot vermindering van de naheffingsaanslagen en verhoging van de ambtshalve teruggaven overeenkomstig de door hem ingediende suppleties. De inspecteur concludeert tot bevestiging van de uitspraak van de rechtbank, behalve voor wat betreft de verzuimboeten. Tijdens het onderzoek op de zitting van het hof heeft de inspecteur verklaard de verzuimboeten niet langer te handhaven, omdat deze een gevolg zijn van de door belanghebbende gedane suppleties.