Home

Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 22-03-2023, ECLI:NL:GHSHE:2023:966, 21/01136

Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 22-03-2023, ECLI:NL:GHSHE:2023:966, 21/01136

Gegevens

Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Datum uitspraak
22 maart 2023
Datum publicatie
17 augustus 2023
ECLI
ECLI:NL:GHSHE:2023:966
Formele relaties
Zaaknummer
21/01136
Relevante informatie
Art. 22 Uitv besl MRB 1994

Inhoudsindicatie

Deze uitspraak is op verzoek gepubliceerd en niet door het gerechtshof geselecteerd om te worden gepubliceerd. Derhalve is er geen samenvatting beschikbaar.

Uitspraak

Team belastingrecht

Enkelvoudige Belastingkamer

Nummer: 21/01136

Uitspraak op het hoger beroep van

[belanghebbende] ,

wonend in [woonplaats] ,

hierna: belanghebbende,

tegen de uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant (hierna: de rechtbank) van 22 juli 2021, nummers BRE 20/7766, in het geding tussen belanghebbende en

de inspecteur van de Belastingdienst,

hierna: de inspecteur.

1 Ontstaan en loop van het geding

1.1.

De inspecteur heeft een naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting over de periode 2 januari 2019 tot en met 1 januari 2020 opgelegd. Tevens is bij beschikking een boete opgelegd.

1.2.

Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt. De inspecteur heeft uitspraak op bezwaar gedaan en het bezwaar ongegrond verklaard.

1.3.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak beroep ingesteld bij de rechtbank. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.

1.4.

Belanghebbende heeft tegen deze uitspraak hoger beroep ingesteld bij het hof. De inspecteur heeft een verweerschrift ingediend.

1.5.

De zitting heeft plaatsgevonden op 8 februari 2023 in ’s-Hertogenbosch. Daar zijn verschenen, [A] , als gemachtigde van belanghebbende, en, namens de inspecteur, [inspecteur] .

1.6.

Het hof heeft aan het einde van de zitting het onderzoek gesloten.

2 Feiten

2.1.

Belanghebbende is vanaf 30 mei 2017 tot en met 14 december 2020 houder van een personenauto Volkswagen Polo met kenteken [kenteken] (hierna: de auto). De geldigheid van het kentekenbewijs van de auto is geschorst geweest van 30 mei 2017 tot 30 mei 2019, van 6 juni 2019 tot 6 juni 2020 en weer vanaf 6 juni 2020.

2.2.

Belanghebbende heeft op 5 november 2019 met de auto gebruik gemaakt van de openbare weg. Naar aanleiding daarvan heeft de inspecteur een naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting (hierna: de naheffingsaanslag) en een boete opgelegd.

2.3.

Met dagtekening 25 februari 2021 is de naheffingsaanslag met een bedrag van € 1.088 en een verzuimboete van € 1.088 opgelegd. De rechtbank heeft de naheffingsaanslag gehandhaafd en de verzuimboete verminderd naar een bedrag van € 108.

3 Geschil en conclusies van partijen

3.1.

Het geschil betreft het antwoord op de vraag of de naheffingsaanslag en de boetebeschikking ten onrechte dan wel tot te hoge bedragen zijn vastgesteld.

3.2.

Belanghebbende concludeert tot vernietiging van de uitspraak van de rechtbank. De inspecteur concludeert tot bevestiging van de uitspraak.

4 Gronden

5 Beslissing