Hoge Raad, 18-09-1991, ECLI:NL:HR:1991:BH8133 ZC4691, 27073
Hoge Raad, 18-09-1991, ECLI:NL:HR:1991:BH8133 ZC4691, 27073
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 18 september 1991
- Datum publicatie
- 8 april 2013
- Zaaknummer
- 27073
- Relevante informatie
- Gemeentewet [Tekst geldig vanaf 31-01-2024] art. 277, 3:3 Awb
Uitspraak
ARREST
gewezen op het beroep in cassatie van de naamloze vennootschap NV X te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 11 september 1989 betreffende na te melden aan haar opgelegde aanslag in de precariorechten van de gemeente Delft voor het jaar 1986.
1. Aanslag, bezwaar en geding voor het Hof
1.1. Aan belanghebbende is voor het jaar 1986 een aanslag opgelegd in de precariorechten van de gemeente Delft ten bedrage van f 59.730 naar een heffingsgrondslag van 13.575 meter kabels en leidingen, welke aanslag, na daartegen gemaakt bezwaar, bij uitspraak van het Hoofd van de afdeling belastingen en verzekeringen van de gemeente Delft (verder: het Hoofd) is gehandhaafd.
1.2. Belanghebbende is van de uitspraak van het Hoofd in beroep gekomen bij het Hof. Het Hof heeft die uitspraak bevestigd. De uitspraak van het Hof is aan dit arrest gehecht.
2. Verordening
In de gemeente Delft geldt een Verordening op de heffing en invordering van precariorechten in de gemeente Delft (verder: de Verordening) waarvan de in dit geding van belang zijnde bepalingen in het jaar 1986 luidden als volgt:
Artikel 1.
1. Er wordt in deze gemeente onder de benaming van precariorechten een belasting geheven:
a. voor het gebruik of genot van openbare gemeentegrond of openbaar gemeentewater;
b. voor het hebben van voorwerpen op, in of boven openbare gemeentegrond of openbaar gemeentewater, niet vallende onder a;
c. voor door of vanwege de gemeente, in verband met het gebruik of genot van openbare gemeentegrond of van openbaar gemeentewater verstrekte diensten.
2. In deze verordening wordt verstaan onder 'openbare gemeentegrond' de gemeentegrond, welke voor de openbare dienst is bestemd en onder 'openbaar gemeentewater' het gemeentewater, hetwelk voor de openbare dienst is bestemd.
Artikel 2.
De belasting wordt geheven van degene:
a. te wiens name de vergunning, bedoeld in artikel 3 staat;
b. die, zonder in het bezit ener geldige vergunning te zijn, het gebruik of genot heeft van of voorwerpen heeft op, in of boven openbare gemeentegrond of openbaar gemeentewater, of door wie of op wiens last deze voorwerpen zijn aangebracht of de grond of het water in gebruik is genomen;
c. aan wie de in artikel 1 bedoelde diensten worden verstrekt.
Artikel 3.
Voor zover dit in andere verordeningen niet reeds is voorgeschreven, is voor elk gebruik of genot en voor het hebben van voorwerpen, als bedoeld in artikel 1, voor zover de heffing dezer belasting daarop van toepassing is, vergunning vereist van burgemeester en wethouders, behoudens voor het gebruik als bedoeld in artikel 4, sub X.
Artikel 4.
De belasting wordt geheven naar de volgende tarieven:
A. enzovoorts.
I. Electrische en andere leidingen en kabels.
Voor het hebben in of boven openbare gemeentegrond of openbaar gemeentewater van een electrische of andere leiding of een kabel per strekkende meter, gemeten over de grond of over het water, per jaar f 4,40.
J. enzovoorts.
Artikel 10.
1. De heffing van de jaarlijkse rechten vindt plaats bij wege van aanslag.
2. enzovoorts.
3. Geding in cassatie
3.1. Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van het Hof beroep in cassatie ingesteld. Het beroepschrift in cassatie is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
3.2. Het Hoofd heeft vertoogschrift ingediend.
3.3. De Advocaat-Generaal Moltmaker heeft op 21 februari 1991 geconcludeerd tot verwerping van het beroep.