Home

Hoge Raad, 05-09-2003, AI6110, R02/093HR

Hoge Raad, 05-09-2003, AI6110, R02/093HR

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
5 september 2003
Datum publicatie
8 september 2003
ECLI
ECLI:NL:HR:2003:AI6110
Formele relaties
Zaaknummer
R02/093HR
Relevante informatie
Faillissementswet [Tekst geldig vanaf 01-01-2024 tot 15-11-2025] art. 69, Faillissementswet [Tekst geldig vanaf 01-01-2024 tot 15-11-2025] art. 27, Wet op de rechterlijke organisatie [Tekst geldig vanaf 01-07-2023] art. 81

Inhoudsindicatie

5 september 2003 Eerste Kamer Rek.nr. R02/093HR AS Hoge Raad der Nederlanden Beschikking in de zaak van: [Verzoeker],

wonende te [woonplaats], VERZOEKER tot cassatie, advocaat: mr. P. Garretsen. 1. Het geding in feitelijke instanties

Uitspraak

5 september 2003

Eerste Kamer

Rek.nr. R02/093HR

AS

Hoge Raad der Nederlanden

Beschikking

in de zaak van:

[Verzoeker],

wonende te [woonplaats],

VERZOEKER tot cassatie,

advocaat: mr. P. Garretsen.

1. Het geding in feitelijke instanties

Met een op 5 april 2002 gedateerd verzoekschrift heeft verzoeker tot cassatie - verder te noemen: [verzoeker] - zich gewend tot de rechter-commissaris in de rechtbank te Arnhem en verzocht:

(1) in het faillissement Binair: de curator geen toestemming te verlenen in de request-civielprocedure en in de aansprakelijkheidsprocedure ontslag van instantie te vragen, respectievelijk de curator te bevelen dit na te laten, zolang het faillissement [verzoeker] voortduurt en/of zolang [verzoeker] in die procedures niet door de betrokken rolrechters daaromtrent is gehoord;

(2) in het faillissement [verzoeker]: de curator te bevelen zich in de request-civielprocedure en in de aansprakelijkheidsprocedure te stellen en vervolgens een aanhouding voor onbepaalde tijd te vragen, respectievelijk zich te onthouden van alle handelingen welke kunnen leiden tot ontslag van instantie, dit alles tenminste zolang het faillissement [verzoeker] voortduurt en/of zolang [verzoeker] in die procedures niet daaromtrent door de betrokken rolrechters is gehoord.

De curatoren in beide faillissementen hebben de verzoeken bestreden.

De rechter-commissaris heeft bij beschikking van 12 april 2002 in het faillissement Binair en bij beschikking van 24 april 2002 in het faillissement [verzoeker] de verzoeken afgewezen.

Tegen beide beschikkingen heeft [verzoeker] hoger beroep ingesteld bij de rechtbank te Arnhem. Daarbij heeft hij verzocht beide zaken te voegen, althans gecombineerd te behandelen, en voorts heeft hij de gronden van zijn verzoek aangevuld.

Bij afzonderlijke beschikkingen van 6 november 2002 heeft de rechtbank:

- in het faillissement Binair: de bestreden beschikking van de rechter-commissaris vernietigd en [verzoeker] alsnog niet-ontvankelijk verklaard in zijn verzoek, en

- in het faillissement [verzoeker]: de bestreden beschikking van de rechter-commissaris bekrachtigd.

De beschikkingen van 6 november 2002 zijn aan deze beschikking gehecht.

2. Het geding in cassatie

Tegen beide beschikkingen van 6 november 2002 heeft [verzoeker] met een verzoekschrift beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit.

De conclusie van de Advocaat-Generaal L. Timmerman strekt zowel in het faillissement Binair als in het faillissement [verzoeker] tot verwerping van het beroep.

De advocaat van [verzoeker] heeft bij brief van 26 juni 2003 op die conclusie gereageerd.

3. Beoordeling van het middel

De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien artikel 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

4. Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.

Deze beschikking is gegeven door de vice-president P. Neleman als voorzitter en de raadsheren H.A.M. Aaftink, D.H. Beukenhorst, A.M.J. van Buchem-Spapens en P.C. Kop, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer F.B. Bakels op 5 september 2003.