Home

Hoge Raad, 11-11-2005, AU6005, 38908

Hoge Raad, 11-11-2005, AU6005, 38908

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
11 november 2005
Datum publicatie
11 november 2005
ECLI
ECLI:NL:HR:2005:AU6005
Formele relaties
Zaaknummer
38908

Inhoudsindicatie

Prejudiciële vragen over uitlegging post 8704 10 GN: dumpers wel/niet uitsluitend ontworpen voor gebruik in het terrein.

Uitspraak

Nr. 38.908

11 november 2005

whk

gewezen op het beroep in cassatie van X B.V. te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam van 22 oktober 2002, nr. 99/90085 DK, betreffende na te melden beschikkingen houdende bindende tariefinlichtingen.

1. Beschikkingen, bezwaar en geding voor het Hof

Ten aanzien van belanghebbende zijn door de Inspecteur bij beschikkingen twee bindende tariefinlichtingen gegeven, welke beschikkingen, na daartegen door belanghebbende gemaakt bezwaar, bij uitspraak van de Inspecteur zijn gehandhaafd.

Belanghebbende is tegen die uitspraak in beroep gekomen bij de Tariefcommissie.

Het Hof, dat met ingang van 1 januari 2002 in de plaats is getreden van de Tariefcommissie, heeft de uitspraak waarvan beroep bevestigd. De uitspraak van het Hof is aan dit arrest gehecht.

2. Geding in cassatie

Belanghebbende heeft tegen 's Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld. Het beroepschrift in cassatie is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.

De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.

Belanghebbende heeft een conclusie van repliek ingediend.

De Staatssecretaris heeft een conclusie van dupliek ingediend.

3. Beoordeling van de middelen

3.1.1. In geschil is de tariefindeling van twee voertuigen, in de verzoeken om afgifte van een bindende tariefinlichting omschreven als "Automobiel voor het goederenvervoer, te weten: MAN 41.272 8x4 Dumptruck, motor type D2866LF05" respectievelijk "Automobiel voor het goederenvervoer, te weten: Scania P113 8x4 Dumptruck, motor type DSC 1110". Belanghebbende had verzocht de goederen in te delen onder post 8704 10 11 van de Gecombineerde Nomenclatuur (post van de gecombineerde nomenclatuur als bedoeld in artikel 1 van Verordening (EEG) nr. 2685/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief, Publicatieblad EG 1987, nr. L 256, hierna: de GN; tekst tot 1 januari 2000). De Inspecteur heeft de goederen ingedeeld onder post 8704 23 99 van de GN.

3.1.2. Beide voertuigen zijn voorzien van een bestuurderscabine en een kipbak met vlakke vloer en bestemd voor het vervoer van zand, stenen, puin, enzovoort. De voorste wand van de kipbak loopt door tot de bovenrand van de cabine. De voertuigen zijn voorts voorzien van een stijf en versterkt chassis met daaraan opgehangen vier assen, waarvan de twee voorste meesturend zijn. De assen zijn voorzien van een naafreductie voor meer vermogen op de wielen in zwaar terrein.

De voertuigen zijn voorzien van 22 dan wel 24 inch wielen met een speciaal type banden (zig-zagprofiel) voor gebruik in onverhard terrein. Zij kunnen zonder lading maximaal 85 km/u rijden. Met een tankinhoud van 300 respectievelijk 400 liter en een gemiddeld brandstofverbruik van 1:1,3 hebben de voertuigen een actieradius van 400 respectievelijk 550 km. Het remvermogen van de voertuigen is 4100 KW en daarmee hoger dan dat van een normale vrachtwagen (1900 tot 2400 KW). De voertuigen hebben een motor met zelfontsteking. De Scania P 113 8x4 heeft een motorinhoud van 11.028 cm3. De motorinhoud van de MAN 41.372 8x4 bedraagt 22.967 cm3.

Het eigen gewicht van de Scania P 113 8x4 bedraagt 14.800 kg, het laadvermogen is 21.200 kg. Het eigen gewicht van de MAN 41.372 8x4 bedraagt 14.420 kg, het laadvermogen is 21.580 kg. De verhouding tussen leeggewicht en nuttig laadvermogen bedraagt voor de beide voertuigen niet meer dan 1:1,6.

3.1.3. De tekst van de onder 3.1.1 vermelde posten van de GN luidt (voorzover van belang):

"8704 Automobielen voor goederenvervoer:

8704 10 - dumpers ontworpen voor gebruik in het terrein:

-- met een motor met zelfontsteking

(diesel of semi-dieselmotor) of met vonkontsteking:

8704 10 11 --- met een motor met zelfontsteking

(diesel- of semi-dieselmotor) met een

cilinderinhoud van meer dan 2500 cm3 of

met een vonkonststeking met een

cilinderinhoud van meer dan 2800 cm3".

Post 8704 23 99

"8704 Automobielen voor goederenvervoer:

(...)

- andere, met een motor met

zelfontsteking (diesel- of semi-dieselmotor):

(...)

8704 23 -- met een maximaal toegelaten gewicht van

meer dan 20 ton:

(...)

--- andere:

8704 23 99 ---- gebruikte".

3.2. Het Hof heeft geoordeeld dat, gelet op de inrichting van post 8704, voor indeling onder postonderverdeling 8704 10 alleen die vrachtauto's in aanmerking komen die zijn ontworpen met het oog op uitsluitend gebruik in het terrein. Nu het ontwerp en de constructie van de onderhavige voertuigen vervoer over de weg ook mogelijk maken, is naar het oordeel van het Hof indeling onder postonderverdeling 8704 10 uitgesloten.

3.3. De middelen 1 en 3 strekken ten betoge dat het Hof door alleen die vrachtauto's die zijn ontworpen met het oog op uitsluitend het gebruik in het terrein in aanmerking te doen komen voor indeling onder post 8704 10, een onjuiste uitlegging geeft aan post 8704 10, nu de bewoordingen van deze post een zo strikte eis niet stellen.

3.4. De bewoordingen van post 8704 10 van de GN geven onvoldoende steun om te komen tot een tariefindeling van de onderwerpelijke voertuigen, die niet aan redelijke twijfel onderhevig is, ook in het licht van de toelichtingen van de Internationale Douaneraad en van de Europese Gemeenschap op post 8704. Het arrest van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen van 16 september 2004, C-396/02 (DFDS B.V.) behandelt weliswaar de uitlegging van postonderverdeling 8704 10 en doet buiten redelijke twijfel zijn dat de onderwerpelijke voertuigen moeten worden aangemerkt als 'dumpers' in de zin van post 8704, doch geeft geen uitlegging van het in de post vermelde criterium 'ontworpen voor gebruik in het terrein'.

Het is de vraag of de door het Hof gebezigde uitlegging van post 8704 10, in die zin dat daaronder slechts voertuigen kunnen worden ingedeeld die zijn ontworpen met het oog op uitsluitend gebruik in het terrein, juist is. Verhindert de omstandigheid dat dumpers blijkens de kenmerkende eigenschappen die zij hebben mede zijn ontworpen voor gebruik op de verharde, openbare weg, indeling onder deze post?

Aldus doen de middelen 1 en 3 een vraag rijzen van uitlegging van het communautaire recht, in het bijzonder post 8704 10 van de GN.

3.5. Op grond van het vorenstaande zal de Hoge Raad op de voet van artikel 234 EG aan het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen verzoeken om een prejudiciële beslissing inzake na te melden vraag.

4. Beslissing

De Hoge Raad verzoekt het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen uitspraak te doen over de volgende vraag:

Verhindert de omstandigheid dat dumpers blijkens de kenmerkende eigenschappen die zij hebben mede zijn ontworpen voor gebruik op de verharde, openbare weg, indeling onder post 8704 10 van de Gecombineerde Nomenclatuur?

De Hoge Raad houdt iedere verdere beslissing aan en schorst het geding totdat het Hof van Justitie naar aanleiding van vorenstaande verzoek uitspraak heeft gedaan.

Dit arrest is gewezen door de vice-president A.E.M. van der Putt-Lauwers als voorzitter, en de raadsheren D.G. van Vliet, P. Lourens, C.B. Bavinck en J.W. van den Berge, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier E. Cichowski, en in het openbaar uitgesproken op 11 november 2005.