Home

Hoge Raad, 23-04-2010, BJ7958, 08/05321

Hoge Raad, 23-04-2010, BJ7958, 08/05321

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
23 april 2010
Datum publicatie
23 april 2010
ECLI
ECLI:NL:HR:2010:BJ7958
Formele relaties
Zaaknummer
08/05321

Inhoudsindicatie

Inkomstenbelasting; Artikel 3.4 Wet IB 2001. Vormt de opbrengst uit exploitatie van een windturbine winst uit onderneming of behoort de turbine tot de rendementsgrondslag van box III?

Uitspraak

Nr. 08/05321

23 april 2010

Arrest

gewezen op het beroep in cassatie van X te Z (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Leeuwarden van 21 november 2008, nr. 87/07, betreffende een aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen.

1. Het geding in feitelijke instanties

Aan belanghebbende is voor het jaar 2000 een aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen opgelegd, welke aanslag, na daartegen gemaakt bezwaar, bij uitspraak van de Inspecteur is gehandhaafd.

De Rechtbank te Leeuwarden (nrs. AWB06/1066 en AWB06/1067) heeft het tegen - onder meer - die uitspraak ingestelde beroep gegrond verklaard, de uitspraak op bezwaar vernietigd en de aanslag verminderd.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld bij het Hof.

Het Hof heeft de uitspraak van de Rechtbank deels bevestigd en deels vernietigd, en de aanslag verder verminderd. De uitspraak van het Hof is aan dit arrest gehecht.

2. Geding in cassatie

Belanghebbende heeft tegen 's Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld. Het beroepschrift in cassatie is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.

De Advocaat-Generaal R.E.C.M. Niessen heeft op 9 juli 2009 geconcludeerd tot ongegrondverklaring van het beroep in cassatie.

3. Beoordeling van de middelen

De middelen falen op grond van hetgeen is overwogen in het heden in de zaak met nummer 08/04843 uitgesproken arrest van de Hoge Raad, waarvan een geanonimiseerde versie is aangehecht.

4. Proceskosten

De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.

5. Beslissing

De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie ongegrond.

Dit arrest is gewezen door de raadsheer P. Lourens als voorzitter, en de raadsheren J.A.C.A. Overgaauw en M.A. Fierstra, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier E. Cichowski, en in het openbaar uitgesproken op 23 april 2010.