Hoge Raad, 06-06-2014, ECLI:NL:HR:2014:1311, 13/05540
Hoge Raad, 06-06-2014, ECLI:NL:HR:2014:1311, 13/05540
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 6 juni 2014
- Datum publicatie
- 6 juni 2014
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2014:1311
- Formele relaties
- In cassatie op : ECLI:NL:GHARL:2013:7935
- Zaaknummer
- 13/05540
Inhoudsindicatie
HR: 81.1 RO.
Uitspraak
6 juni 2014
Nr. 13/05540
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van [X] B.V. te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 15 oktober 2013, nr. 13/00276, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Oost-Nederland (nr. AWB 12/1339) betreffende de aan belanghebbende over het tijdvak 1 januari 2008 tot en met 31 december 2008 opgelegde naheffingsaanslag in de loonheffingen.
1 Geding in cassatie
Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een aantal klachten aangevoerd.
De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.
2 Beoordeling van de klachten
De klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3 Proceskosten
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.