Home

Hoge Raad, 11-07-2014, ECLI:NL:HR:2014:1657, 13/04015

Hoge Raad, 11-07-2014, ECLI:NL:HR:2014:1657, 13/04015

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
11 juli 2014
Datum publicatie
11 juli 2014
ECLI
ECLI:NL:HR:2014:1657
Formele relaties
Zaaknummer
13/04015

Inhoudsindicatie

HR: 81.1 RO.

Uitspraak

11 juli 2014

Nr. 13/04015

Arrest

gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 4 juli 2013, nrs. 11/00938 en 11/00939, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank te Haarlem (nrs. AWB 05/1689 en AWB 11/5245) betreffende de aan belanghebbende voor het jaar 2002 opgelegde aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen, alsmede de voor dat jaar gegeven beschikking als bedoeld in artikel 3.151, lid 1, van de Wet inkomstenbelasting 2001 en de opgelegde verzuimboete.

1 Geding in cassatie

Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een aantal klachten aangevoerd.

De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.

Belanghebbende heeft een conclusie van repliek ingediend.

2 Beoordeling van de klachten

De klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3 Proceskosten

De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.

4 Beslissing