Hoge Raad, 07-11-2014, ECLI:NL:HR:2014:3129, 13/03921
Hoge Raad, 07-11-2014, ECLI:NL:HR:2014:3129, 13/03921
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 7 november 2014
- Datum publicatie
- 7 november 2014
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2014:3129
- Formele relaties
- In cassatie op : ECLI:NL:GHARL:2013:4678
- Zaaknummer
- 13/03921
Inhoudsindicatie
HR: 81.1 RO.
Uitspraak
7 november 2014
Nr. 13/03921
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van B.V. [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 2 juli 2013, nr. 12/00637, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank te Arnhem (nr. AWB 11/5502) betreffende de ten aanzien van belanghebbende voor het jaar 2008 gegeven beschikking als bedoeld in artikel 20b, lid 1, van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969.
1 Geding in cassatie
Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij één middel voorgesteld.
De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.
2 Beoordeling van het middel
Het middel kan niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu het middel niet noopt tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3 Proceskosten
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.