Home

Hoge Raad, 07-11-2014, ECLI:NL:HR:2014:3137, 14/03076

Hoge Raad, 07-11-2014, ECLI:NL:HR:2014:3137, 14/03076

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
7 november 2014
Datum publicatie
7 november 2014
ECLI
ECLI:NL:HR:2014:3137
Formele relaties
Zaaknummer
14/03076

Inhoudsindicatie

HR verklaart het beroep in cassatie n-o met toepassing van art. 80a RO.

Uitspraak

7 november 2014

Nr. 14/03076

Arrest

gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 24 april 2014, nr. 12/00457, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Amsterdam (nr. AWB 10/4021) betreffende de aan belanghebbende voor het jaar 2010 opgelegde aanslag in de precariobelasting (liggeld) van het stadsdeel Zeeburg van de gemeente Amsterdam.

1 Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie

De Hoge Raad is van oordeel dat de aangevoerde klachten geen behandeling in cassatie rechtvaardigen omdat de partij die het cassatieberoep heeft ingesteld klaarblijkelijk onvoldoende belang heeft bij het cassatieberoep dan wel omdat de klachten klaarblijkelijk niet tot cassatie kunnen leiden.

De Hoge Raad zal daarom – gezien artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie en gehoord de Procureur-Generaal – het beroep in cassatie niet-ontvankelijk verklaren.

2 Beslissing

De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet‑ontvankelijk.

Dit arrest is gewezen door de raadsheer C. Schaap als voorzitter, en de raadsheren M.A. Fierstra en Th. Groeneveld, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 7 november 2014.