Home

Hoge Raad, 19-12-2014, ECLI:NL:HR:2014:3657, 14/02439

Hoge Raad, 19-12-2014, ECLI:NL:HR:2014:3657, 14/02439

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
19 december 2014
Datum publicatie
19 december 2014
ECLI
ECLI:NL:HR:2014:3657
Formele relaties
Zaaknummer
14/02439
Relevante informatie
Wet inkomstenbelasting 2001 [Tekst geldig vanaf 30-04-2024 tot 01-01-2025] art. 3.25

Inhoudsindicatie

HR: 81.1 RO.

Uitspraak

19 december 2014

Nr. 14/02439

Arrest

gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 8 april 2014, nrs. 13/00557 en 13/00558, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Oost-Nederland (nrs. AWB 12/1770 en 12/17) betreffende de aan belanghebbende voor de jaren 2007 en 2008 opgelegde aanslagen in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen.

1 Geding in cassatie

Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een aantal middelen voorgesteld.

De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.

Belanghebbende heeft een conclusie van repliek ingediend.

2 Beoordeling van de middelen

De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3 Proceskosten

De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.

4 Beslissing