Home

Hoge Raad, 11-09-2015, ECLI:NL:HR:2015:2486, 14/05546

Hoge Raad, 11-09-2015, ECLI:NL:HR:2015:2486, 14/05546

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
11 september 2015
Datum publicatie
11 september 2015
ECLI
ECLI:NL:HR:2015:2486
Formele relaties
Zaaknummer
14/05546

Inhoudsindicatie

HR: 81.1 RO.

Uitspraak

11 september 2015

Nr. 14/05546

Arrest

gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Den Haag van 24 september 2014, nr. BK-12/00772, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank te ’s‑Gravenhage (nr. AWB 11/7861) betreffende het verzoek van belanghebbende om vergoeding van immateriële schade wegens overschrijding van de redelijke termijn en het verzoek om toekenning van een dwangsom wegens het niet tijdig doen van uitspraak op bezwaar.

1 Geding in cassatie

Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een aantal klachten aangevoerd.

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiderdorp heeft een verweerschrift ingediend.

Belanghebbende heeft een conclusie van repliek ingediend.

2 Beoordeling van de klachten

De klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3 Proceskosten

De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.

4 Beslissing