Home

Hoge Raad, 09-10-2015, ECLI:NL:HR:2015:2998, 14/06119

Hoge Raad, 09-10-2015, ECLI:NL:HR:2015:2998, 14/06119

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
9 oktober 2015
Datum publicatie
9 oktober 2015
Annotator
ECLI
ECLI:NL:HR:2015:2998
Formele relaties
Zaaknummer
14/06119

Inhoudsindicatie

HR verklaart het beroep in cassatie ongegrond, zie 14/06127.

Uitspraak

9 oktober 2015

Nr. 14/06119

Arrest

gewezen op het beroep in cassatie van de erven van [A] te [Z] (hierna: belanghebbenden) tegen de uitspraak van het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch van 30 oktober 2014, nr. 13/01122, op het hoger beroep van belanghebbenden tegen een uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant (nr. AWB 12/2341) betreffende de aan belanghebbenden over het jaar 2000 opgelegde navorderingsaanslag in de vermogensbelasting en de daarbij gegeven beschikking inzake heffingsrente (hierna: de navorderingsaanslag, respectievelijk de beschikking inzake heffingsrente).

1 Geding in cassatie

Belanghebbenden hebben tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een aantal middelen voorgesteld.

De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.

Belanghebbenden hebben een conclusie van repliek ingediend.

2 Beoordeling van de middelen

De middelen falen op grond van hetgeen is overwogen in het heden in de zaak met nummer 14/06127 tussen dezelfde partijen uitgesproken arrest van de Hoge Raad.

3 Proceskosten

De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.

4 Beslissing