Hoge Raad, 20-02-2015, ECLI:NL:HR:2015:363, 14/03395
Hoge Raad, 20-02-2015, ECLI:NL:HR:2015:363, 14/03395
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 20 februari 2015
- Datum publicatie
- 20 februari 2015
- Annotator
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2015:363
- Formele relaties
- In cassatie op : ECLI:NL:GHAMS:2014:2112
- Zaaknummer
- 14/03395
Inhoudsindicatie
HR: 81.1 RO.
Uitspraak
20 februari 2015
Nr. 14/03395
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 22 mei 2014, nr. 12/00653, op het hoger beroep van de heffingsambtenaar van de gemeente Bloemendaal tegen een uitspraak van de Rechtbank Haarlem (nr. AWB 12/1649) betreffende een krachtens de Wet waardering onroerende zaken gegeven beschikking en een aanslag in de onroerendezaakbelastingen voor het jaar 2011 betreffende de onroerende zaak [a-straat 1] te [Z] (gemeente Bloemendaal).
1 Geding in cassatie
Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een aantal klachten aangevoerd.
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bloemendaal heeft een verweerschrift ingediend.
2 Beoordeling van de klachten
De klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3 Proceskosten
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.