Hoge Raad, 06-03-2015, ECLI:NL:HR:2015:530, 14/05216
Hoge Raad, 06-03-2015, ECLI:NL:HR:2015:530, 14/05216
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 6 maart 2015
- Datum publicatie
- 6 maart 2015
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2015:530
- Formele relaties
- Conclusie: ECLI:NL:PHR:2015:34, Gevolgd
- In cassatie op : ECLI:NL:GHARL:2014:7781, Bekrachtiging/bevestiging
- Zaaknummer
- 14/05216
Inhoudsindicatie
Art. 81 lid 1 RO. Faillissementsrecht. Summierlijk blijken van bestaan vorderingen van aanvrager(s). Cassatieberoep tegen vaststelling salaris curator na vernietiging vonnis faillietverklaring, art. 15 lid 3 Fw.
Uitspraak
6 maart 2015
Eerste Kamer
14/05216
TT/EE
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
1. [verzoekster 1],
wonende te [woonplaats],
2. [verzoeker 2],
wonende te [woonplaats],
VERZOEKERS tot cassatie,
advocaat: mr. E.H. Hoeksma,
t e g e n
[verweerster],
gevestigd te [vestigingsplaats],
VERWEERSTER in cassatie,
niet verschenen.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als [verzoeker] c.s. en [verweerster].
1 Het geding in feitelijke instanties
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
a. het vonnis in de zaak C/08/14/642 F van de rechtbank Overijssel van 20 augustus 2014;
b. het arrest in de zaak 200.154.840 van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 9 oktober 2014.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.
2 Het geding in cassatie
Tegen het arrest van het hof hebben [verzoeker] c.s. beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
[verweerster] heeft geen verweerschrift ingediend.
De zaak is voor [verzoeker] c.s. toegelicht door haar advocaat.
De conclusie van de Advocaat-Generaal L. Timmerman strekt ten aanzien van onderdeel 3 tot niet-ontvankelijkverklaring [verzoeker] c.s. in hun cassatieberoep, en voor het overige tot verwerping van het cassatieberoep.
De advocaat van [verzoeker] c.s. heeft bij brief van 4 februari 2015 op die conclusie gereageerd.
3 Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 lid 1 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.