Hoge Raad, 16-01-2015, ECLI:NL:HR:2015:73, 14/02442
Hoge Raad, 16-01-2015, ECLI:NL:HR:2015:73, 14/02442
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 16 januari 2015
- Datum publicatie
- 16 januari 2015
- Annotator
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2015:73
- Formele relaties
- In cassatie op : ECLI:NL:GHSHE:2014:952
- Zaaknummer
- 14/02442
Inhoudsindicatie
HR: 81.1 RO.
Uitspraak
16 januari 2015
Nr. 14/02442
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch van 3 april 2014, nr. 13/00329, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant (nr. AWB 12/1989) betreffende de aan belanghebbende voor het jaar 2009 opgelegde aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen.
1 Geding in cassatie
Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een middel voorgesteld.
De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.
2 Beoordeling van het middel
Het middel kan niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu het middel niet noopt tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3 Proceskosten
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.
4 Beslissing
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie ongegrond.
Dit arrest is gewezen door de vice-president J.A.C.A. Overgaauw als voorzitter, en de raadsheren C.B. Bavinck en L.F. van Kalmthout, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier E. Cichowski, en in het openbaar uitgesproken op 16 januari 2015.