Hoge Raad, 03-06-2016, ECLI:NL:HR:2016:1050, 15/05730
Hoge Raad, 03-06-2016, ECLI:NL:HR:2016:1050, 15/05730
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 3 juni 2016
- Datum publicatie
- 3 juni 2016
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2016:1050
- Formele relaties
- In cassatie op : ECLI:NL:GHAMS:2015:4472
- Zaaknummer
- 15/05730
Inhoudsindicatie
HR: 81.1 RO.
Uitspraak
3 juni 2016
Nr. 15/05730
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam (hierna: het College) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 5 november 2015, nr. 15/00112, op het hoger beroep van de heffingsambtenaar van de gemeente Amsterdam tegen een uitspraak van de Rechtbank Amsterdam (nr. AMS 13/5763) betreffende de aan [X] te [Z] opgelegde naheffingsaanslag in de parkeerbelasting van de gemeente Amsterdam.
1 Geding in cassatie
Het College heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een middel voorgesteld.
2 Beoordeling van het middel
Het middel kan niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu het middel niet noopt tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling (vgl. HR 26 februari 2016, nr. 15/03528, ECLI:NL:HR:2016:316, BNB 2016/79).
3 Proceskosten
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.