Home

Hoge Raad, 10-06-2016, ECLI:NL:HR:2016:1159, 15/05386

Hoge Raad, 10-06-2016, ECLI:NL:HR:2016:1159, 15/05386

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
10 juni 2016
Datum publicatie
10 juni 2016
ECLI
ECLI:NL:HR:2016:1159
Formele relaties
Zaaknummer
15/05386

Inhoudsindicatie

HR: 81.1 RO.

Uitspraak

10 juni 2016

Nr. 15/05386

Arrest

gewezen op het beroep in cassatie van [X] B.V. te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 13 oktober 2015, nrs. 14/00983 en 14/00984, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Gelderland (nrs. AWB 13/4321 en AWB 13/4322) betreffende de aan belanghebbende voor de jaren 2009 en 2010 opgelegde aanslagen in de vennootschapsbelasting.

1 Geding in cassatie

Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een aantal middelen voorgesteld.

De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.

2 Beoordeling van de middelen

De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3 Proceskosten

De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.

4 Beslissing