Hoge Raad, 30-09-2016, ECLI:NL:HR:2016:2218, 15/05841
Hoge Raad, 30-09-2016, ECLI:NL:HR:2016:2218, 15/05841
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 30 september 2016
- Datum publicatie
- 30 september 2016
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2016:2218
- Formele relaties
- In cassatie op : ECLI:NL:GHAMS:2015:5114
- Zaaknummer
- 15/05841
Inhoudsindicatie
HR: 81.1 RO.
Uitspraak
30 september 2016
Nr. 15/05841
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 17 november 2015, nr. 14/00117, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Noord-Holland (nr. AWB 13/3783) betreffende een aan belanghebbende opgelegde naheffingsaanslag in de belasting van personenauto's en motorrijwielen.
1 Geding in cassatie
Belanghebbende heeft tegen 's Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een aantal middelen voorgesteld.
De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.
2 Beoordeling van de middelen
De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3 Proceskosten
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.