Hoge Raad, 14-10-2016, ECLI:NL:HR:2016:2318, 16/03985
Hoge Raad, 14-10-2016, ECLI:NL:HR:2016:2318, 16/03985
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 14 oktober 2016
- Datum publicatie
- 14 oktober 2016
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2016:2318
- Formele relaties
- In cassatie op : ECLI:NL:GHARL:2016:5201
- Zaaknummer
- 16/03985
Inhoudsindicatie
HR verklaart het beroep in cassatie n-o.
Uitspraak
14 oktober 2016
Nr. 16/03985
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 28 juni 2016, nr. 15/00894, betreffende een aan belanghebbende voor het jaar 2014 opgelegde aanslag landinrichtingsrente.
1 Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie
Het beroepschrift in cassatie bevat, hoewel artikel 6:5, lid 1, letter d, Awb dit vereist, niet de gronden van het beroep.
Bij aangetekende brief van 9 augustus 2016, die volgens de gegevens van Track&Trace van PostNL is afgehaald van de afhaallocatie, heeft de griffier van de Hoge Raad belanghebbende in de gelegenheid gesteld dat verzuim te herstellen. Belanghebbende heeft van deze gelegenheid geen gebruik gemaakt.
Nu herstel van het verzuim niet heeft plaatsgevonden, zal de Hoge Raad met toepassing van het bepaalde in artikel 6:6 Awb het beroep in cassatie niet‑ontvankelijk verklaren.
2 Proceskosten
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.
3 Beslissing
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet‑ontvankelijk.
Dit arrest is gewezen door de raadsheer C. Schaap als voorzitter, en de raadsheren Th. Groeneveld en J. Wortel, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 14 oktober 2016.