Hoge Raad, 18-11-2016, ECLI:NL:HR:2016:2615, 16/02888
Hoge Raad, 18-11-2016, ECLI:NL:HR:2016:2615, 16/02888
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 18 november 2016
- Datum publicatie
- 18 november 2016
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2016:2615
- Formele relaties
- In cassatie op : ECLI:NL:GHARL:2016:3132
- Zaaknummer
- 16/02888
Inhoudsindicatie
HR verklaart het beroep in cassatie n-o met toepassing van art. 80a RO.
Uitspraak
18 november 2016
Nr. 16/02888
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 19 april 2016, nrs. 15/00679 en 15/00680, betreffende de aan belanghebbende voor de jaren 2012 en 2013 opgelegde aanslagen in de watersysteemheffing.
1 Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie
De Hoge Raad is van oordeel dat de aangevoerde klachten geen behandeling in cassatie rechtvaardigen omdat de partij die het cassatieberoep heeft ingesteld klaarblijkelijk onvoldoende belang heeft bij het cassatieberoep dan wel omdat de klachten klaarblijkelijk niet tot cassatie kunnen leiden.
De Hoge Raad zal daarom – gezien artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie en gehoord de Procureur-Generaal – het beroep in cassatie niet-ontvankelijk verklaren.
2 Beslissing
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet‑ontvankelijk.
Dit arrest is gewezen door de raadsheer C. Schaap als voorzitter, en de raadsheren Th. Groeneveld en J. Wortel, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 18 november 2016.