Home

Hoge Raad, 23-06-2017, ECLI:NL:HR:2017:1150, 17/00514

Hoge Raad, 23-06-2017, ECLI:NL:HR:2017:1150, 17/00514

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
23 juni 2017
Datum publicatie
23 juni 2017
ECLI
ECLI:NL:HR:2017:1150
Formele relaties
Zaaknummer
17/00514

Inhoudsindicatie

HR verklaart het beroep in cassatie n-o met toepassing van art. 80a RO.

Uitspraak

23 juni 2017

Nr. 17/00514

Arrest

gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Den Haag van 28 december 2016, nr. BK‑14/00648, betreffende het verzoek van belanghebbende tot herziening van de uitspraak van het Hof van 24 juni 2011, nr. BK-04/2452.

1 Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie

De Hoge Raad is van oordeel dat de aangevoerde klachten geen behandeling in cassatie rechtvaardigen omdat de partij die het cassatieberoep heeft ingesteld klaarblijkelijk onvoldoende belang heeft bij het cassatieberoep dan wel omdat de klachten klaarblijkelijk niet tot cassatie kunnen leiden.

De Hoge Raad zal daarom – gezien artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie en gehoord de Procureur‑Generaal – het beroep in cassatie niet‑ontvankelijk verklaren.

2 Beslissing

De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet‑ontvankelijk.

Dit arrest is gewezen door de raadsheer J. Wortel als voorzitter, en de raadsheren Th. Groeneveld en A.F.M.Q. Beukers-van Dooren, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 23 juni 2017.