Home

Hoge Raad, 11-08-2017, ECLI:NL:HR:2017:1624, 17/00923

Hoge Raad, 11-08-2017, ECLI:NL:HR:2017:1624, 17/00923

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
11 augustus 2017
Datum publicatie
11 augustus 2017
ECLI
ECLI:NL:HR:2017:1624
Formele relaties
Zaaknummer
17/00923

Inhoudsindicatie

De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk.

Uitspraak

11 augustus 2017

nr. 17/00923

Arrest

gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 10 januari 2017, nrs. 16/00080 en 16/00081, op het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de Rechtbank Gelderland (nrs. AWB 14/3746 en 15/3521) betreffende een aan belanghebbende over de periode 1 juni 2008 tot en met 31 december 2008 opgelegde naheffingsaanslag in de omzetbelasting en de daarbij gegeven beschikking inzake heffingsrente.

1 Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie

Blijkens een door de griffier van het Hof op de uitspraak van het Hof gestelde aantekening is een afschrift van die uitspraak aangetekend aan partijen verzonden op 10 januari 2017.

Blijkens een door de griffier van de Hoge Raad op het beroepschrift in cassatie gestelde aantekening is dit beroepschrift op 23 februari 2017 ter griffie van de Hoge Raad binnengekomen.

Het beroepschrift in cassatie is derhalve niet ontvangen binnen de in artikel 6:7 Awb gestelde termijn van zes weken, die in het onderhavige geval eindigde op 21 februari 2017.

De griffier van de Hoge Raad heeft belanghebbende bij aangetekende brief van 28 februari 2017, die volgens de gegevens van Track&Trace van PostNL is afgeleverd op het door belanghebbende opgegeven adres, in de gelegenheid gesteld aan te tonen dat het beroepschrift voor het einde van de beroepstermijn ter post is bezorgd, dan wel mee te delen waarom de beroepstermijn is overschreden. Belanghebbende heeft niet gereageerd.

Gelet op het hiervoor overwogene moet het beroep in cassatie niet-ontvankelijk worden verklaard.

2 Proceskosten

De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.

3 Beslissing

De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk.

Dit arrest is gewezen door de vice-president J.A.C.A. Overgaauw als voorzitter, en de raadsheren P.M.F. van Loon en M.E. van Hilten, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier E. Cichowski, en in het openbaar uitgesproken op 11 augustus 2017.