Hoge Raad, 29-09-2017, ECLI:NL:HR:2017:2457, 16/02980
Hoge Raad, 29-09-2017, ECLI:NL:HR:2017:2457, 16/02980
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 29 september 2017
- Datum publicatie
- 29 september 2017
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2017:2457
- Formele relaties
- Conclusie: ECLI:NL:PHR:2017:263, Gevolgd
- Zaaknummer
- 16/02980
Inhoudsindicatie
Artikel 10a, lid 1, Wet LB 1964 (tekst van 26 juni 1998 tot 28 december 2000). Tegen vergoeding niet uitoefenen van optierechten is aan te merken als vervreemding.
HR verklaart het beroep in cassatie ongegrond, zie 16/02984 (ECLI:NL:HR:2017:2459).
Uitspraak
29 september 2017
nr. 16/02980
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van [X1] B.V. te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof ’s‑Hertogenbosch van 28 april 2016, nr. 11/00360, op het hoger beroep van belanghebbende en het incidenteel hoger beroep van de Inspecteur tegen een uitspraak van de Rechtbank Breda (nr. AWB 07/5052) betreffende de aan belanghebbende over het tijdvak 1 januari 1999 tot en met 30 november 2003 opgelegde naheffingsaanslag in de loonbelasting/premie volksverzekeringen, de daarbij gegeven boetebeschikking en de daarbij gegeven beschikking inzake heffingsrente. De uitspraak van het Hof is aan dit arrest gehecht.
1 Geding in cassatie
Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld. Het beroepschrift in cassatie is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.
Belanghebbende heeft de zaak doen toelichten door mr. I. de Roos, advocaat te Amsterdam.
De Advocaat-Generaal R.E.C.M. Niessen heeft op 23 maart 2017 geconcludeerd tot ongegrondverklaring van het beroep in cassatie (ECLI:NL:PHR:2017:263).
Belanghebbende heeft schriftelijk op de conclusie gereageerd.
2 Beoordeling van de middelen
De middelen falen op grond van hetgeen is overwogen in het heden in de zaak met nummer 16/02984 uitgesproken arrest van de Hoge Raad, waarvan een geanonimiseerd afschrift aan dit arrest is gehecht.
3 Proceskosten
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.