Home

Hoge Raad, 06-07-2018, ECLI:NL:HR:2018:1089, 18/00462

Hoge Raad, 06-07-2018, ECLI:NL:HR:2018:1089, 18/00462

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
6 juli 2018
Datum publicatie
6 juli 2018
ECLI
ECLI:NL:HR:2018:1089
Formele relaties
Zaaknummer
18/00462

Inhoudsindicatie

HR: art. 81.1 RO.

Uitspraak

6 juli 2018

nr. 18/00462

Arrest

gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 9 januari 2018, nrs. 16/01434 tot en met 16/01437, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Gelderland (nrs. AWB 16/2637 tot en met 16/2640) betreffende de aan belanghebbende voor de jaren 2011 tot en met 2014 opgelegde aanslagen in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen en de daarbij voor het jaar 2012 gegeven beschikking inzake belastingrente.

1 Geding in cassatie

Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een aantal klachten aangevoerd.

De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.

Belanghebbende heeft een conclusie van repliek ingediend.

2 Beoordeling van de klachten

De klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3 Proceskosten

De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.

4 Beslissing