Home

Hoge Raad, 01-06-2018, ECLI:NL:HR:2018:807, 17/04369

Hoge Raad, 01-06-2018, ECLI:NL:HR:2018:807, 17/04369

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
1 juni 2018
Datum publicatie
1 juni 2018
ECLI
ECLI:NL:HR:2018:807
Formele relaties
Zaaknummer
17/04369

Inhoudsindicatie

HR: art. 81.1 RO.

Uitspraak

1 juni 2018

nr. 17/04369

Arrest

gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 1 augustus 2017, nrs. 15/01225 en 15/01226, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Gelderland (nrs. AWB 14/6949 en 14/6953) betreffende de aan belanghebbende over de jaren 2008 en 2009 opgelegde navorderingsaanslagen in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen en de daarbij gegeven beschikkingen inzake heffingsrente.

1 Geding in cassatie

Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij zeven middelen voorgesteld.

De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.

2 Beoordeling van de middelen

De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3 Proceskosten

De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.

4 Beslissing