Hoge Raad, 25-01-2019, ECLI:NL:HR:2019:104, 18/01282
Hoge Raad, 25-01-2019, ECLI:NL:HR:2019:104, 18/01282
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 25 januari 2019
- Datum publicatie
- 25 januari 2019
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2019:104
- Formele relaties
- In cassatie op : ECLI:NL:GHARL:2018:1690
- Zaaknummer
- 18/01282
Inhoudsindicatie
HR: 81.1 RO.
Uitspraak
25 januari 2019
Nr. 18/01282
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 20 februari 2018, nrs. 16/01405 tot en met 16/01414, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Gelderland (nrs. AWB 15/6004 tot en met AWB 15/6008 en AWB 15/6010 tot en met AWB 15/6014) betreffende de aan belanghebbende opgelegde navorderingsaanslagen in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen over de jaren 2008, 2009 en 2010 en de daarbij gegeven boetebeschikkingen en de aan belanghebbende opgelegde aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 2012, alsmede de aan belanghebbende opgelegde navorderingsaanslagen in de inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet over de jaren 2008, 2009 en 2010 en de aan belanghebbende opgelegde aanslag in de inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet voor het jaar 2012.
1 Geding in cassatie
Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij elf middelen voorgesteld.
De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.
Belanghebbende heeft een conclusie van repliek ingediend.
2 Beoordeling van de middelen
De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3 Proceskosten
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.