Home

Hoge Raad, 13-09-2019, ECLI:NL:HR:2019:1324, 19/01218

Hoge Raad, 13-09-2019, ECLI:NL:HR:2019:1324, 19/01218

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
13 september 2019
Datum publicatie
13 september 2019
ECLI
ECLI:NL:HR:2019:1324
Formele relaties
Zaaknummer
19/01218

Inhoudsindicatie

HR: 81.1 RO.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN

BELASTINGKAMER

Nummer 19/01218

Datum 13 september 2019

ARREST

In de zaak van

[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)

op het beroep in cassatie gericht tegen de uitspraak van het Gerechtshof Den Haag van 15 januari 2019, nr. BK-17/00719, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Rotterdam (nr. ROT 17/1142) betreffende door de invorderingsambtenaar van het Samenwerkingsverband Vastgoedinformatie Heffing en Waardebepaling aan belanghebbende in rekening gebrachte kosten van vervolging.

1 Geding in cassatie

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van het Hof beroep in cassatie ingesteld en daarbij een aantal klachten aangevoerd.

2 Beoordeling van de klachten

De klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3 Proceskosten

De Hoge Raad ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.

4 Beslissing