Hoge Raad, 18-10-2019, ECLI:NL:HR:2019:1597, 19/01484
Hoge Raad, 18-10-2019, ECLI:NL:HR:2019:1597, 19/01484
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 18 oktober 2019
- Datum publicatie
- 18 oktober 2019
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2019:1597
- Formele relaties
- In cassatie op : ECLI:NL:GHARL:2019:1885
- Zaaknummer
- 19/01484
Inhoudsindicatie
HR verklaart het beroep in cassatie n-o met toepassing van art. 80a RO.
Uitspraak
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
BELASTINGKAMER
Nummer 19/01484
Datum 18 oktober 2019
ARREST
In de zaak van
[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)
op het beroep in cassatie gericht tegen de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem‑Leeuwarden van 26 februari 2019, nr. 18/00146, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Overijssel (nr. Awb 17/2065) betreffende de ten aanzien van belanghebbende gegeven beschikking op grond van de Wet waardering onroerende zaken en de aanslag in de onroerendezaakbelasting van de gemeente Dinkelland voor het jaar 2017 betreffende de onroerende zaak [a-straat 1] te [Z] .
1 Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie
De Hoge Raad is van oordeel dat de aangevoerde klachten geen behandeling in cassatie rechtvaardigen omdat de partij die het beroep in cassatie heeft ingesteld klaarblijkelijk onvoldoende belang heeft bij het beroep in cassatie of omdat de klachten klaarblijkelijk niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad zal daarom – gezien artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie en gehoord de Procureur-Generaal – het beroep in cassatie niet-ontvankelijk verklaren.
2 Proceskosten
De Hoge Raad ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.
3 Beslissing
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet‑ontvankelijk.
Dit arrest is gewezen door de vice-president G. de Groot als voorzitter, en de raadsheren M.A. Fierstra en P.A.G.M. Cools, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 18 oktober 2019.