Home

Hoge Raad, 20-12-2019, ECLI:NL:HR:2019:2015, 19/00924

Hoge Raad, 20-12-2019, ECLI:NL:HR:2019:2015, 19/00924

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
20 december 2019
Datum publicatie
20 december 2019
ECLI
ECLI:NL:HR:2019:2015
Formele relaties
Zaaknummer
19/00924

Inhoudsindicatie

HR verklaart het beroep in cassatie n-o met toepassing van art. 80a RO.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN

BELASTINGKAMER

Nummer 19/00924

Datum 20 december 2019

ARREST

in de zaak van

[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)

op het beroep in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 17 januari 2019, nrs. 18/00079 tot en met 18/00094, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Amsterdam (nrs. AMS 17/84, AMS 17/86, AMS 17/87, AMS 17/88, AMS 17/90, AMS 17/91, AMS 17/93, AMS 17/96, AMS 17/99, AMS 17/101, AMS 17/103, AMS 17/104, AMS 17/106, AMS 17/107, AMS 17/110 en AMS 17/112) betreffende aan belanghebbende opgelegde naheffingsaanslagen in de parkeerbelasting van de gemeente Amsterdam.

1 Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie

De Hoge Raad is van oordeel dat de aangevoerde klachten geen behandeling in cassatie rechtvaardigen omdat de partij die het beroep in cassatie heeft ingesteld klaarblijkelijk onvoldoende belang heeft bij het beroep in cassatie of omdat de klachten klaarblijkelijk niet tot cassatie kunnen leiden.

De Hoge Raad zal daarom – gezien artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie en gehoord de Procureur-Generaal – het beroep in cassatie niet-ontvankelijk verklaren.

2 Proceskosten

De Hoge Raad ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.

3 Beslissing

De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet‑ontvankelijk.

Dit arrest is gewezen door de vice-president G. de Groot als voorzitter, en de raadsheren M.A. Fierstra en P.A.G.M. Cools, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 20 december 2019.