Hoge Raad, 18-09-2020, ECLI:NL:HR:2020:1430, 20/01373
Hoge Raad, 18-09-2020, ECLI:NL:HR:2020:1430, 20/01373
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 18 september 2020
- Datum publicatie
- 18 september 2020
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2020:1430
- Formele relaties
- In cassatie op : ECLI:NL:GHSHE:2020:1128
- Zaaknummer
- 20/01373
Inhoudsindicatie
HR verklaart het beroep in cassatie n-o met toepassing van artikel 80a RO.
Uitspraak
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
BELASTINGKAMER
Nummer 20/01373
Datum 18 september 2020
ARREST
in de zaak van
[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)
tegen
het COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE BOXMEER
op het beroep in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch van 2 april 2020, nr. 19/00566 op het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van Rechtbank Oost-Brabant (nr. SHE 18/3099), betreffende de ten aanzien van belanghebbbende gegeven beschikking op grond van de Wet waardering onroerende zaken en de aanslag in de onroerendezaakbelastingen van de gemeente Boxmeer voor het jaar 2018 betreffende de onroerende zaak [a-straat 1] te [Z] .
1 Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie
De Hoge Raad heeft de klachten over de uitspraak van het Hof beoordeeld. De procureur-generaal bij de Hoge Raad heeft de gelegenheid gekregen een advies uit te brengen.
De Hoge Raad is tot het oordeel gekomen dat het cassatieberoep duidelijk niet kan slagen. Hij zal daarom gebruikmaken van de mogelijkheid om het beroep zonder verdere motivering niet-ontvankelijk te verklaren (zie artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie).
2 Proceskosten
De Hoge Raad ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.
3 Beslissing
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet–ontvankelijk.
Dit arrest is gewezen door de raadsheer J. Wortel als voorzitter, en de raadsheren A.F.M.Q. Beukers-van Dooren en P.A.G.M. Cools, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 18 september 2020.