Home

Hoge Raad, 17-01-2020, ECLI:NL:HR:2020:55, 19/03699

Hoge Raad, 17-01-2020, ECLI:NL:HR:2020:55, 19/03699

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
17 januari 2020
Datum publicatie
17 januari 2020
ECLI
ECLI:NL:HR:2020:55
Formele relaties
Zaaknummer
19/03699

Inhoudsindicatie

HR: 81.1 RO.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN

BELASTINGKAMER

Nummer 19/03699

Datum 17 januari 2020

ARREST

in de zaak van

[X] B.V. te [Z] (hierna: belanghebbende)

tegen

het COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE WATERLAND

op het beroep in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 27 juni 2019, nrs. 17/00426 en 17/00427, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Noord-Holland (nrs. HAA 16/3979 en HAA 16/3980) betreffende de aan belanghebbende voor de jaren 2014 en 2015 opgelegde aanslagen in de dagtoeristenbelasting.

1 Geding in cassatie

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van het Hof beroep in cassatie ingesteld en daarbij een aantal klachten aangevoerd.

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waterland heeft een verweerschrift ingediend.

Belanghebbende heeft een conclusie van repliek ingediend.

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waterland heeft een conclusie van dupliek ingediend.

2 Beoordeling van de klachten

De klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3 Proceskosten

De Hoge Raad ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.

4 Beslissing