Hoge Raad, 11-06-2021, ECLI:NL:HR:2021:908, 20/04026
Hoge Raad, 11-06-2021, ECLI:NL:HR:2021:908, 20/04026
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 11 juni 2021
- Datum publicatie
- 11 juni 2021
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2021:908
- Formele relaties
- In cassatie op : ECLI:NL:GHARL:2020:8944, Niet ontvankelijk
- Zaaknummer
- 20/04026
Inhoudsindicatie
HR verklaart het beroep in cassatie n-o met toepassing van art. 80a RO.
Uitspraak
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
BELASTINGKAMER
Nummer 20/04026
Datum 11 juni 2021
ARREST
in de zaak van
[X] te [Z] (hierna: belanghebbende),
vertegenwoordigd door C.G. van Bohemen
tegen
de STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN,
vertegenwoordigd door [P]
op het beroep in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 27 oktober 2020, nr. 19/00008, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van Rechtbank Gelderland (nr. AWB 18/2444) betreffende de aan belanghebbende voor het jaar 2015 opgelegde aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen.
1 Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie
De Hoge Raad heeft de klachten over de uitspraak van het Hof beoordeeld. De procureurgeneraal bij de Hoge Raad heeft de gelegenheid gekregen een advies uit te brengen.
De Hoge Raad is tot het oordeel gekomen dat het cassatieberoep duidelijk niet kan slagen. Hij zal daarom gebruikmaken van de mogelijkheid om het beroep zonder verdere motivering niet-ontvankelijk te verklaren (zie artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie).
2 Proceskosten
De Hoge Raad ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.
3 Beslissing
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet–ontvankelijk.
Dit arrest is gewezen door de vice-president R.J. Koopman als voorzitter, en de raadsheren M.A. Fierstra en P.A.G.M. Cools, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 11 juni 2021.