Hoge Raad, 29-04-2022, ECLI:NL:HR:2022:672, 21/04543
Hoge Raad, 29-04-2022, ECLI:NL:HR:2022:672, 21/04543
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 29 april 2022
- Datum publicatie
- 29 april 2022
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2022:672
- Formele relaties
- In cassatie op : ECLI:NL:GHARL:2021:9193, Niet ontvankelijk
- Zaaknummer
- 21/04543
Inhoudsindicatie
HR verklaart het verzoek om herziening n-o met toepassing van art. 80a RO.
Uitspraak
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
BELASTINGKAMER
Nummer 21/04543
Datum 29 april 2022
ARREST
in de zaak van
[X] te [Z], België (hierna: belanghebbende)
op het beroep in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 28 september 2021, nrs. 20/00962 tot en met 20/009651, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Gelderland (nrs. AWB 20/137, 20/182 tot en met 20/184) betreffende aan belanghebbende in rekening gebrachte kosten van betekening.
1 Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie
De Hoge Raad heeft de klachten over de uitspraak van het Hof beoordeeld. De procureurgeneraal bij de Hoge Raad heeft de gelegenheid gekregen een advies uit te brengen.
De Hoge Raad is tot het oordeel gekomen dat het cassatieberoep duidelijk niet kan slagen. Hij zal daarom gebruikmaken van de mogelijkheid om het beroep zonder verdere motivering niet-ontvankelijk te verklaren (zie artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie).
2 Proceskosten
De Hoge Raad ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.
3 Beslissing
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk.
Dit arrest is gewezen door de vice-president R.J. Koopman als voorzitter, en de raadsheren A.F.M.Q. Beukers-van Dooren en M.T. Boerlage, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 29 april 2022.