Hoge Raad, 24-11-2023, ECLI:NL:HR:2023:1635, 23/00157
Hoge Raad, 24-11-2023, ECLI:NL:HR:2023:1635, 23/00157
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 24 november 2023
- Datum publicatie
- 24 november 2023
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2023:1635
- Formele relaties
- In cassatie op : ECLI:NL:GHSHE:2022:4565
- Zaaknummer
- 23/00157
Inhoudsindicatie
HR verklaart het beroep in cassatie n-o met toepassing van art. 80a RO.
Uitspraak
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
BELASTINGKAMER
Nummer 23/00157
Datum 24 november 2023
ARREST
In de zaak van
[X] (hierna: belanghebbende)
tegen
1. de STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN2. de STAAT (de MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID)
op het beroep in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch van 21 december 2022, nrs. 22/00150 tot en met 22/002501, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant (nrs. 18/6458 tot en met 18/6461, 19/4251 tot en met 19/4279, 20/5660 tot en met 20/5678, 20/6138 tot en met 20/6140, 20/6237 tot en met 20/6240, 20/6641 tot en met 20/6649, 20/7182 tot en met 20/7209, en 20/9542 tot en met 20/9546) betreffende door belanghebbende op aangifte voldane bedragen aan belasting van personenauto’s en motorrijwielen.
1 Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie
De Hoge Raad heeft de klachten over de uitspraak van het Hof beoordeeld. De procureur-generaal bij de Hoge Raad heeft de gelegenheid gekregen een advies uit te brengen.
De Hoge Raad is tot het oordeel gekomen dat het cassatieberoep duidelijk niet kan slagen. Hij zal daarom gebruikmaken van de mogelijkheid om het beroep zonder verdere motivering niet-ontvankelijk te verklaren (zie artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie).
2 Proceskosten
De Hoge Raad ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.
3 Beslissing
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk.
Dit arrest is gewezen door de raadsheer E.N. Punt als voorzitter, en de raadsheren M.A. Fierstra en P.A.G.M. Cools, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier E. Cichowski, en in het openbaar uitgesproken op 24 november 2023.