Home

Hoge Raad, 06-12-2024, ECLI:NL:HR:2024:1789, 24/03001

Hoge Raad, 06-12-2024, ECLI:NL:HR:2024:1789, 24/03001

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
6 december 2024
Datum publicatie
6 december 2024
Annotator
ECLI
ECLI:NL:HR:2024:1789
Formele relaties
Zaaknummer
24/03001

Inhoudsindicatie

HR verklaart het beroep in cassatie n-o met toepassing van art. 80a RO.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN

BELASTINGKAMER

Nummer 24/03001

Datum 6 december 2024

ARREST

in de zaak van

[X] (hierna: belanghebbende)

tegen

de STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN,

vertegenwoordigd door [P],

op het beroep in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof Den Haag van 18 juni 2024, nrs. BK-23/853, BK-23/854 en BK-24/4761, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Den Haag (nrs. SGR 22/4209, SGR 22/4198 en SGR 22/4199) betreffende aan belanghebbende voor de jaren 2016 en 2018 opgelegde aanslagen in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen en de daarbij gegeven beschikkingen inzake belastingrente, en een ten aanzien van belanghebbende voor het jaar 2017 gegeven beschikking als bedoeld in artikel 9.6, lid 5, Wet IB 2001.

1 Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie

De Hoge Raad heeft de klachten over de uitspraak van het Hof beoordeeld. De procureur-generaal bij de Hoge Raad heeft de gelegenheid gekregen een advies uit te brengen.

De Hoge Raad is tot het oordeel gekomen dat het cassatieberoep duidelijk niet kan slagen. Hij zal daarom gebruikmaken van de mogelijkheid om het beroep zonder verdere motivering niet-ontvankelijk te verklaren (zie artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie).

2 Proceskosten

De Hoge Raad ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.

3 Beslissing

De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk.

Dit arrest is gewezen door de vice-president J.A.R. van Eijsden als voorzitter, en de raadsheren A.E.H. van der Voort Maarschalk en W.A.P. van Roij, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 6 december 2024.