Rechtbank Den Haag, 11-06-2013, ECLI:NL:RBDHA:2013:7039, AWB-13_719
Rechtbank Den Haag, 11-06-2013, ECLI:NL:RBDHA:2013:7039, AWB-13_719
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Den Haag
- Datum uitspraak
- 11 juni 2013
- Datum publicatie
- 2 juli 2013
- ECLI
- ECLI:NL:RBDHA:2013:7039
- Formele relaties
- Hoger beroep: ECLI:NL:GHDHA:2014:1678, Bekrachtiging/bevestiging
- Zaaknummer
- AWB-13_719
Inhoudsindicatie
Eiseres is eigenaar van een bestelauto met dubbele cabine en een open laadbak, een zogenoemde pick-up. Bij de ombouw van de auto is een compleet op maat gemaakte opbouw (cabine) geplaatst op de pick-up waardoor de carrosserie van de auto geheel is gewijzigd. Daarmee is de auto geschikt gemaakt als kampeerauto. De cabine is voorzien van een hefdak dat geopend kan worden om leef- en slaapruimte te creëren. Het verzoek van eiseres om toepassing van het verlaagde tarief voor de motorrijtuigenbelasting is afgewezen.
Op grond van artikel 5aa, lid 2, Uitvoeringsbesluit Motorrijtuigenbelasting 1994 geldt het kwarttarief voor (volgens de daarvoor geldende eisen) tot kampeerauto verbouwde personenauto’s, welke af fabriek een hoogte van ten minste 130 cm hebben en weigering van het kwarttarief voor (volgens de daarvoor geldende eisen) tot kampeerauto verbouwde personenauto’s, welke af fabriek niet een hoogte van ten minste 130 cm hebben. Volgens verweerder moet “af fabriek” worden begrepen als “vóór toelating tot het Nederlandse wegennet”.
Uitgaande van een verbouwing tot kampeerauto, die aan de overige eisen van artikel 5aa van het Uitvoeringsbesluit voldoet, heeft de rechtbank geen juridisch relevante verschillen in uiterlijk, inrichting of anderszins tussen een vóór toelating tot het Nederlandse wegennet tot kampeerauto verbouwde personenauto en een na een eerdere toelating op het Nederlandse wegennet tot kampeerauto verbouwde personenauto, kunnen vaststellen. Verweerder heeft voor het verschil in behandeling desgevraagd geen objectieve en redelijke grond kunnen noemen.
De rechtbank oordeelt dat art. 5aa van het Uitvoeringsbesluit in zoverre onverbindend is. Omdat niet is gesteld of gebleken dat de auto overigens niet voldoet aan de vereisten van het tweede lid van artikel 5aa van het Besluit, is er geen belemmering voor de toepassing van artikel 23a, eerste lid van de Wet en dient het kwarttarief te worden toegepast. Beroep gegrond.
Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
Team belastingrecht
zaaknummer: SGR 13/719
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de meervoudige kamer van
11 juni 2013 in de zaak tussen
[X] , wonende te [Z], eiseres(gemachtigde: [A]),
en
de inspecteur van de Belastingdienst[te P], verweerder.
De bestreden uitspraak op bezwaar
De uitspraak van verweerder van 17 december 2012 op het bezwaar van eiseres tegen de beschikking toepassing bijzonder tarief (beschikkingnummer [beschikkingnummer]).
Zitting
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 28 mei 2013.
Eiseres heeft zich laten vertegenwoordigen door haar echtgenoot [B] en haar gemachtigde. Namens verweerder zijn verschenen [C] en [D].
Beslissing
De rechtbank:
- -
-
verklaart het beroep gegrond;
- -
-
vernietigt de uitspraak op bezwaar;
- -
-
vernietigt de beschikking met nummer [beschikkingnummer];
- -
-
draagt verweerder op om met inachtneming van deze uitspraak opnieuw op het verzoek van eiseres te beslissen;
- -
-
veroordeelt verweerder in de proceskosten tot een bedrag van € 1.414, te betalen aan eiseres;
- -
-
draagt verweerder op het betaalde griffierecht van € 44 aan eiseres te vergoeden.