Rechtbank Den Haag, 28-04-2022, ECLI:NL:RBDHA:2022:4095, 21 _ 4094
Rechtbank Den Haag, 28-04-2022, ECLI:NL:RBDHA:2022:4095, 21 _ 4094
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Den Haag
- Datum uitspraak
- 28 april 2022
- Datum publicatie
- 30 mei 2022
- ECLI
- ECLI:NL:RBDHA:2022:4095
- Zaaknummer
- 21 _ 4094
Inhoudsindicatie
De rechtbank is van oordeel dat verweerder het restant persoonsgebonden aftrek terecht niet voor aftrek heeft toegestaan in de aanslag inkomstenbelasting en premievolksverzekering voor het jaar 2018, nu daarvoor geen beschikking is afgegeven. Ook oordeelt de rechtbank dat verweerder de hoorplicht niet heeft geschonden. Gezien de coronamaatregelen volstaat in dit bijzondere geval een telefonische hoorzitting. Dat een ander dan de bezwaarbehandelaar het hoorgesprek had moeten voeren, zoals eiser heeft gesteld, is de rechtbank niet gebleken. Op verweerder rust overigens ook niet de verplichting om stukken aan eiser te zenden als het hoorgesprek niet heeft plaatsgevonden. Beroep ongegrond.
Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
Team belastingrecht
zaaknummer: SGR 21/4094
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer van 28 april 2022 in de zaak tussen
[eiser] , wonende te [woonplaats] , eiser,
en