Home

Rechtbank Den Haag, 26-06-2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:11430, AWB - 22 _ 3158

Rechtbank Den Haag, 26-06-2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:11430, AWB - 22 _ 3158

Gegevens

Instantie
Rechtbank Den Haag
Datum uitspraak
26 juni 2023
Datum publicatie
24 augustus 2023
Annotator
ECLI
ECLI:NL:RBDHA:2023:11430
Zaaknummer
AWB - 22 _ 3158
Relevante informatie
Art. 9 BPM, Art. 10 BPM

Inhoudsindicatie

“Het geschil betreft de vraag of de naheffingsaanslag Bpm terecht en tot het juiste bedrag is opgelegd”

Uitspraak

Team belastingrecht

zaaknummer: SGR 22/3158

(gemachtigde: mr. S.M. Bothof),

en

Procesverloop

Verweerder heeft aan eiseres een naheffingsaanslag belasting van personenauto's en motorrijwielen (Bpm) opgelegd van € 13.850 (de naheffingsaanslag).

Verweerder heeft bij uitspraak op bezwaar van 19 april 2022 de naheffingsaanslag verminderd met € 10.730 tot een bedrag van € 3.120.

Eiseres heeft daartegen beroep ingesteld.

Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 15 mei 2023.

Namens eiseres is haar gemachtigde verschenen.

Namens verweerder zijn verschenen mr. [naam 1] en mr [naam 2] en [naam 3].

Overwegingen

Feiten

1. Eiseres heeft op haar aangifte van 23 augustus 2019 een bedrag van € 4.101 aan Bpm voldaan ter zake van de registratie van een Ford Focus ST Hatchback (de auto). De datum van eerste toelating van de auto is 27 juli 2017.

2. In de aangifte Bpm is de te betalen belasting berekend op basis van een taxatierapport van Inovex Taxaties B.V. Daarin staat een handelsinkoopwaarde in onbeschadigde staat van € 19.870 vermeld. Hierop heeft de taxateur een bedrag van € 11.114 (72% van € 15.436) in verband met schade aan de auto in mindering gebracht. Daarnaast heeft de taxateur een bedrag van € 1.987 vanwege waardeverminderende factoren in aftrek gebracht, zoals het onbekend zijn van de onderhoudshistorie van de auto en het feit dat de auto uit de Verenigde Staten is ingevoerd. Hierdoor is in de aangifte de handelsinkoopwaarde van de auto gesteld op € 6.769.

3. Eiseres is uitgenodigd om de auto op 27 augustus 2019 bij Domeinen Roerende Zaken (DRZ) te tonen. Daarnaast is eiseres telefonisch en per e-mail opgeroepen om de auto te tonen. Eiseres heeft de auto niet getoond.

4. Verweerder heeft een bedrag van € 13.850 aan Bpm nageheven. Daarbij heeft verweerder zich onder andere gebaseerd op een rapport van DRZ van 13 september 2019. Bij de vaststelling van de naheffingsaanslag is verweerder uitgegaan van een historische nieuwprijs van € 73.186, een handelsinkoopwaarde in onbeschadigde staat van € 18.101 (op basis van de koerslijst Xray (marge)) en is op basis van de foto’s een waardevermindering € 1.022,89 vanwege schade aannemelijk geacht. De handelsinkoopwaarde van de auto is door verweerder bepaald op een bedrag van € 17.078,11.

5. Bij uitspraak op bezwaar is het bezwaarschrift gegrond verklaard en de naheffingsaanslag verminderd tot € 3.120. Daarbij is een hoger bedrag aan schade/waardevermindering in aanmerking genomen, te weten € 4.694

De handelsinkoopwaarde van de auto in beschadigde staat is vastgesteld op € 13.407.

Geschil 6. In geschil is of de (verminderde) naheffingsaanslag terecht en naar het juist bedrag is opgelegd.

7. Eiseres stelt dat zij niet is opgeroepen om de auto te tonen bij DRZ. Verder stelt eiseres dat verweerder een te laag bedrag aan waardevermindering vanwege schade heeft erkend. Verweerder heeft ten onrechte geen rekening gehouden met het door haar taxateur vastgestelde schadebedrag. Verweerder heeft bovendien ten onrechte geen rekening gehouden met een waardevermindering van de auto in verband met ex-schade.

8. Verweerder stelt dat de (verminderde) naheffingsaanslag terecht is opgelegd. De door eiseres voorgestane waardevermindering wegens schade en ex-schade is niet aannemelijk gemaakt. Verweerder concludeert tot ongegrondverklaring van het beroep.

Beoordeling van het geschil

Waardevermindering vanwege schade

9. Met betrekking tot gebruikte personenauto's, wordt de verschuldigde Bpm berekend met inachtneming van een vermindering.1 De vermindering is de afschrijving, uitgedrukt in procenten van de som van de catalogusprijs en de Bpm op het tijdstip waarop het motorrijtuig voor het eerst in gebruik is genomen.2 Bij een personenauto met meer dan normale gebruiksschade3 wordt de afschrijving op een bij aangifte gedaan verzoek vastgesteld op de som van de catalogusprijs en de historische Bpm, verminderd met de taxatiewaarde vermeld in een taxatierapport dat voldoet aan bij ministeriële regeling te stellen voorwaarden.4 Het ligt op de weg van eiseres om feiten te stellen en bij betwisting deze aannemelijk te maken dat en in hoeverre beschadigingen een waardedaling ten opzichte van de handelsinkoopwaarde tot gevolg hebben.5

10. Eiseres is opgeroepen om de auto bij DRZ te tonen op 27 augustus 2019 om 10 uur. Eiseres is daarnaast telefonisch opgeroepen om de auto te tonen. In dossier zijn verder twee e-mailberichten opgenomen, gedateerd 26 augustus 2019, waaruit volgt dat de oproepbrief naar twee verschillende e-mailadressen van eiseres is gestuurd. Verweerder heeft een auto-reply op één van deze e-mails ontvangen. De stelling van eiseres dat zij niet is opgeroepen om de auto te tonen c.q. geen oproep heeft ontvangen acht de rechtbank dan ook niet aannemelijk.

11. Eiseres heeft de auto niet getoond. Vervolgens heeft DRZ op 13 september 2019 een rapport waardebepaling uitgebracht waarbij geen rekening is gehouden met schade aan de auto. Verweerder heeft bij het opleggen van de naheffingsaanslag alsnog een schadebedrag van €1.022,89 op basis van foto’s aannemelijk geacht. Bij uitspraak op bezwaar is door verweerder een hoger schadebedrag, te weten € 4.694 in aanmerking genomen. Het ligt op de weg van eiseres om feiten te stellen ter onderbouwing van het door haar opgenomen schadebedrag aan de auto. Met de enkele stelling dat moet worden uitgegaan van het in haar taxatierapport opgenomen schadebedrag voldoet eiseres niet aan haar bewijslast. Ook heeft eiseres het door verweerder in aanmerking genomen schadebedrag onvoldoende onderbouwd weersproken. Verweerder heeft dan ook terecht geen hoger bedrag aan schade in aanmerking genomen. De rechtbank voegt hieraan toe dat verweerder eiseres tegemoet is gekomen door haar in de gelegenheid te stellen door middel van het overleggen van foto’s alsnog schade aan te tonen en vervolgens ook rekening te houden met deze schade. Verweerder was hiertoe niet verplicht.

Ex-schade

12. De bewijslast met betrekking tot de door eiseres gestelde waardevermindering vanwege het schadeverleden van de auto rust op eiseres. Eiseres heeft naar voren gebracht dat op grond van de NIVRE-richtlijn een bedrag van € 600 aan ex-schade in aanmerking genomen moet worden. Onduidelijk is op welke onderliggende gegevens de zeer ruwe forfaits zijn gebaseerd en hoe deze zich verhouden tot het reeds toegepaste schadepercentage. De taxateur van eiseres heeft in het taxatierapport een bedrag van € 1.987 aan waardevermindering vanwege onder andere het schadeverleden van de auto in aanmerking genomen. Indien sprake is van een waardedaling van de auto ten gevolge van een voormalige schade aan de auto is het aan eiseres om te onderbouwen en aan te tonen dat ook na herstel van de schade een blijvende waardevermindering van de auto heeft plaatsgevonden. Eiseres heeft niet aan deze bewijslast voldaan. Tegenover de gemotiveerde betwisting van de waardedaling door verweerder heeft eiseres door de enkele verwijzing naar een bedrag in haar taxatierapport een waardevermindering van de auto niet aannemelijk gemaakt, laat staan aangetoond.

Conclusie

13. Gelet op wat hiervoor is overwogen dient het beroep ongegrond te worden verklaard.

Proceskosten

14. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

Rechtsmiddel