Rechtbank Den Haag, 23-11-2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:18843, AWB - 22 _ 5674
Rechtbank Den Haag, 23-11-2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:18843, AWB - 22 _ 5674
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Den Haag
- Datum uitspraak
- 23 november 2023
- Datum publicatie
- 7 december 2023
- Annotator
- Zaaknummer
- AWB - 22 _ 5674
- Relevante informatie
- Art. 17 Wet WOZ, Art. 22 Wet WOZ, Art. 40 Wet WOZ
Inhoudsindicatie
WOZ. Verweerder maakt aannemelijk dat de waarde niet te hoog is vastgesteld. Geen schending artikel 40, tweede lid, van de Wet WOZ. Waarderen is geen exacte wetenschap en het beoordelen van de juistheid van de waarde gaat niet om het vaststellen van de juiste bedragen van verschillen in KOUDV- of liggingsfactoren-factoren of over de vraag of de samenstellende onderdelen van het object op de juiste bedragen zijn vastgesteld, maar om de beoordeling van de WOZ-waarde als geheel. De gemachtigde kon met de verstrekte KOUDV- en liggingsfactoren en de grondstaffels de waarde van de woning en de waardering door verweerder voldoende beoordelen. Verzoek om proceskostenvergoeding afgewezen.
Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
Team belastingrecht
zaaknummer: SGR 22/5674
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer van 23 november 2023 in de zaak tussen
[eiser], wonende te [woonplaats], eiser(gemachtigde: G. Gieben),
en
de heffingsambtenaar van de Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland, verweerder.
De bestreden uitspraak op bezwaar
De uitspraak van verweerder van 28 juli 2022 op het bezwaar van eiser tegen de beschikking van 28 februari 2022 (de beschikking) waarbij de waarde van de onroerende zaak aan de [adres] te [plaats] (de woning) op de voet van artikel 22 van de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ) is vastgesteld op € 310.000.