Home

Rechtbank Gelderland, 06-08-2013, ECLI:NL:RBGEL:2013:2142, AWB-12_5969

Rechtbank Gelderland, 06-08-2013, ECLI:NL:RBGEL:2013:2142, AWB-12_5969

Gegevens

Instantie
Rechtbank Gelderland
Datum uitspraak
6 augustus 2013
Datum publicatie
6 augustus 2013
ECLI
ECLI:NL:RBGEL:2013:2142
Formele relaties
Zaaknummer
AWB-12_5969

Inhoudsindicatie

Proceskostenvergoeding. Naheffingsaanslag loonbelasting in verband met privégebruik auto, opgelegd overeenkomstig vrijwillige verbetering. Verweerder vermindert hangende het beroep ambtshalve de cataloguswaarde en daarop gebaseerde naheffingsaanslag, boete en heffingsrente. Gegrondverklaring van beroep komt uitsluitend voort uit die ambtshalve vermindering en niet uit door eiseres in bezwaar- of beroepsfase naar voren gebrachte grond. Proceskostenveroordeling beperkt tot uitsluitend kosten die eiseres in verband met beroep redelijkerwijs heeft moeten maken.

Uitspraak

Team belastingrecht

Zittingsplaats Arnhem

registratienummer: AWB 12/5969

uitspraak ingevolge artikel 8:77 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb)

van 6 augustus 2013

inzake

[X] B.V., gevestigd te [Z], eiseres,

tegen

de inspecteur van de Belastingdienst/kantoor Almere, verweerder.

1 Ontstaan en loop van het geding

Verweerder heeft, met een dagtekening van 10 november 2011, aan eiseres over het tijdvak 1 januari 2006 tot en met 31 december 2006 een naheffingsaanslag (aanslagnummer [000].A.01.6516) loonheffingen opgelegd van € 10.353, alsmede bij beschikking een boete van € 517. Tevens is bij beschikking € 1.908 aan heffingsrente in rekening gebracht.

Verweerder heeft bij uitspraak op bezwaar van 18 oktober 2012 de naheffingsaanslag loonheffingen en de beschikking heffingsrente en de boetebeschikking gehandhaafd.

Eiseres heeft daartegen bij brief van 28 november 2012, ontvangen door de rechtbank op 29 november 2012, beroep ingesteld.

Verweerder heeft de op de zaak betrekking hebbende stukken overgelegd en een verweerschrift ingediend.

In verband met een neerwaartse bijstelling van de cataloguswaarde van de auto heeft verweerder bij verminderingsbeschikking van 11 februari 2013 de naheffingsaanslag loonheffingen verminderd tot € 10.132 en de beschikking heffingsrente en de boetebeschikking verminderd tot € 1.867 respectievelijk € 506.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 4 juli 2013 te Arnhem. Namens eiseres is daar verschenen [A], bijgestaan door mr. [gemachtigde], advocaat. Namens verweerder zijn verschenen mr. [gemachtigde] en [B].

2 Feiten

2.1

[X] B.V. (voorheen [G] B.V.) is opgericht op 28 augustus 1990. De heer [A] (hierna: [A]) was in 2006 directeur, enig aandeelhouder en werknemer van eiseres.

2.2

Eiseres heeft tijdig aangifte loonheffingen gedaan over het jaar 2006. Hierbij is geen bijtelling privé-gebruik auto aangegeven.

2.3

Op 22 juli 2009 is een boekenonderzoek bij eiseres aangekondigd. Dit boekenonderzoek is op 9 september 2009 aangevangen, door de controlemedewerkers [C] en [D] (hierna: [D]). Bij brief van 15 maart 2011 heeft [D], onder meer met betrekking tot het privé-gebruik auto, aanvullende vragen gesteld aan eiseres.

2.4

Van het boekenonderzoek is met dagtekening 31 oktober 2011 een rapport opgemaakt. Daarin is, voor zover van belang, het volgende opgenomen:

“(…)

Privégebruik auto

Door de inhoudingsplichtige wordt een auto met het volgende kenteken aan de heer [A] ter beschikking gesteld:

[00-AA-BB]

[A]

[001]

01-01-2006 tot

25-09-2007

€ 90.500

Geen bijtelling

Kenteken

Berijder

BSN/sofinr.

Periode

Fisc. Waarde

Opmerkingen

In het jaar 2009 is een kilometeradministratie bijgehouden. Voor de andere jaren is geen kilometeradministratie bijgehouden.

(…)

Gedurende het onderzoek heeft een uitbreiding plaatsgevonden ten aanzien van het privé gebruik auto over de loontijdvakken 2006 tot en met 2008 evenals januari 2010 tot en met september 2010. Ook is middels de brief van 18 oktober 2010 verzocht om de kilometeradministratie over de hiervoor genoemde perioden te verstrekken. Deze kilometeradministraties zijn tijdens het onderzoek niet ontvangen.

(…)

De conclusie die getrokken dient te worden is dat de inhoudingsplichtige aan de heer [A] een auto ter beschikking heeft gesteld over de loontijdvakken januari 2006 tot en met september 2010 en dat niet gebleken is dat minder dan 500 kilometer privé met deze auto gereden is.

(…)

Boete bij naheffen (2006 en 2007)

(…)

Deze verzuimboete wordt opgelegd op grond van artikel 67c van de Algemene Wet inzake rijksbelastingen (hierna: Awr) in samenhang met hoofdstuk III van het Besluit Bestuurlijke Boeten Belastingdienst (BBBB).

Op grond van paragraaf 24a, lid 3d van het BBBB bedraagt de verzuimboete 5% tot het wettelijk maximum van artikel 67c, eerste lid, Awr indien het belastingbedrag alsnog middels de vrijwillige verbetering wordt betaald.

De correcties genoemde onder hoofdstuk 4.1 (Correcties) van dit rapport worden derhalve afgedaan met een boete van 5%.

(…)

Akkoordverklaring inhoudingsplichtige

De bevindingen uit het onderzoek zijn besproken met de heer [A] en de heer [gemachtigde]. De heer [A] en de heer [gemachtigde] zijn ook in de gelegenheid gesteld te reageren op het onderdeel privé gebruik auto. Tot op heden is door mij geen beantwoording op mijn vragen van maart 2011 ontvangen, besloten is het onderzoek af te ronden. (…)”

2.5

Naar aanleiding van zijn bevindingen, zoals vastgelegd in het controlerapport, heeft verweerder met dagtekening 10 november 2011 een naheffingsaanslag met een verzuimboete opgelegd.

2.6

Eiseres heeft bezwaar gemaakt tegen de opgelegde naheffingsaanslag.

2.7

In de bezwaarfase heeft verweerder eiseres in de gelegenheid gesteld een kilometeradministratie 2006 te overleggen. Bij brief van 7 maart 2012 heeft eiseres een kilometeradministratie 2006 overgelegd, alsmede de (zakelijke) agenda van [A]. Volgens het overzicht van eiseres heeft [A] in 2006 (afgerond) 27.924 kilometer gereden, waarvan (afgerond) 426 kilometer privé. Verweerder heeft van deze kilometeradministratie de gegevens van 3 januari 2006 tot en met 24 april 2006, alsmede de gegevens van 1 december 2006 tot en met 31 december 2006, als op de zaak betrekking hebbend stuk ingebracht.

2.8

Op 24 september 2012 heeft in dat kader een hoorgesprek plaatsgehad, waarbij namens eiseres aanwezig waren [A] en de heer [gemachtigde], en de heren [gemachtigde] en[E] namens verweerder.

2.9

Over de door eiseres overgelegde kilometeradministratie merkt verweerder in zijn uitspraak op bezwaar van 18 oktober 2012, voor zover van belang, het volgende op:

De in het kader van het bezwaar bij brief van 7 maart 2012 aangeleverde kilometeradministratie

In mijn brief van 12 maart 2012 heb ik vraagtekens gezet bij de juistheid van de aangeleverde kilometeradministratie. Om die reden heb ik de aan de administratie ten grondslag liggende brondocumenten opgevraagd. In uw brief van 22 maart 2012 geeft u aan dat de met de kilometeradministratie meegestuurde volledige agenda van de heer [A] als brondocument moet worden gezien.

Ten aanzien van de administratie merk ik op dat deze niet in alle gevallen een juist beeld geeft van de werkelijk gereden afstanden. Tevens kunnen de begin- en eindstanden van de kilometerteller als gevolg daarvan niet juist zijn:

 Op 09-03-06 is voor rit 2, Almere-Utrecht, een reisafstand van 43,5 km ingevoerd;

Voor de retourrit, rit 3, Utrecht-Almere, is een reisafstand van 432,5 km ingevoerd. Hier is sprake van een foutieve invoer waardoor, indien de kilometerstanden vóór deze datum juist zijn, de rest van de kilometerstanden ná deze datum niet juist zijn.

 Op 13-03-06 is bij rit 4, Almere-Rijnsburg, een foutieve reisafstand (3,8 km) ingevoerd.

Hierdoor is sprake van niet reële kilometerstanden. Reeds om deze reden kan de kilometeradministratie niet als bewijs dienen voor de stelling dat de heer [A] de auto voor minder dan 500 kilometer voor privé-doeleinden heeft gebruikt.

Overige informatie

Met de onderhavige auto, een Mercedes [F] met kenteken [00-AA-BB], zijn in 2006 een aantal snelheidsovertredingen begaan die niet in verband zijn te brengen met de aangeleverde kilometeradministratie:

Datum

tijdstip

plaats

gemeente

19-04-2006

10:47:00

Rijksweg A2-Rechts

Zaltbommel

19-04-2006

13:11:00

Rijksweg A2-Links

Zaltbommel

13-12-2006

23:23:00

Rijksweg A9 thv HMP 26,8

Amstelveen

19-12-2006

10:58:00

Rijksweg A9 thv HMP 7,85

Amsterdam

Ik merk op dat woensdag 19 april 2006 in de agenda van de heer [A] als vrije dag is aangemerkt. Woensdag 13 december 2006 is de heer [A] volgens zijn agenda alleen twee maal naar kantoor en weer naar huis geweest. Dinsdag 19 december 2006 is de heer [A] volgens zijn agenda niet buiten Almere geweest.

Uw opmerking tijdens het hoorgesprek dat slechts sprake is van enkele onnauwkeurigheden in de kilometeradministratie kan ik niet volgen. De begin- en eindkilometerstanden per dag zijn niet de werkelijke kilometerstanden, terwijl de heer [A] meerdere malen snelheidsovertredingen heeft begaan op plaatsen waar hij volgens de kilometeradministratie (en de overgelegde elektronische agenda) nooit is geweest.”

3 Geschil

3.1

In geschil zijn de vragen of de naheffingsaanslag loonheffingen en de verzuimboete terecht en tot het juiste bedrag zijn opgelegd. Meer specifiek is in geschil of verweerder terecht heeft vastgesteld dat eiseres niet overtuigend heeft aangetoond dat [A] de aan hem ter beschikking gestelde personenauto in 2006 voor minder dan 500 kilometer voor privé-doeleinden heeft gebruikt.

3.2

Eiseres beantwoordt die vragen ontkennend. Verweerder beantwoordt die vragen bevestigend.

3.3

Eiseres stelt voorop dat de naheffingsaanslag voortijdig is opgelegd omdat bij de controle was afgesproken dat de kilometeradministratie aangeleverd zou worden. Dit is een schending van het vertrouwensbeginsel en het zorgvuldigheidsbeginsel. Eiseres stelt – zakelijk weergegeven – voorts dat een deugdelijke kilometeradministratie is verstrekt. Meer subsidiair is eiseres van mening dat het slechts gaat om geringe gebreken die zakelijk te verantwoorden zijn. Eiseres concludeert tot vernietiging van de naheffingsaanslag.

3.4

Verweerder stelt dat [A] ten tijde van het boekenonderzoek geen kilometeradministratie kon overleggen en ook overigens niet overtuigend kon aantonen dat de personenauto in 2006 door hem voor minder dan 500 kilometer voor privédoeleinden is gebruikt. Ook met de tijdens de bezwaarprocedure overgelegde kilometeradministratie slaagt eiseres naar de opvatting van verweerder niet in haar bewijslast. Met inachtneming van de door verweerder daarin geconstateerde tegenstrijdigheden, zoals hiervoor beschreven in 2.9, kan met de overgelegde kilometeradministratie niet overtuigend worden aangetoond dat [A] de auto in 2006 voor minder dan 500 kilometer voor privé-doeleinden heeft gebruikt. Uit (de fouten in) de kilometeradministratie leidt verweerder af dat de dagelijkse begin- en eindstanden van de kilometerteller niet de daadwerkelijke begin- en eindstanden zijn, terwijl ook de beginstand op 1 januari 2006 en 31 december 2006 niet zijn te verifiëren. Verweerder concludeert tot bevestiging van de uitspraak op bezwaar.

4 Beoordeling van het geschil

5 Proceskosten

6 Beslissing