Home

Rechtbank Gelderland, 24-04-2020, ECLI:NL:RBGEL:2020:2387, AWB - 17 _ 6340 tm 17 _ 6346

Rechtbank Gelderland, 24-04-2020, ECLI:NL:RBGEL:2020:2387, AWB - 17 _ 6340 tm 17 _ 6346

Gegevens

Instantie
Rechtbank Gelderland
Datum uitspraak
24 april 2020
Datum publicatie
7 november 2022
ECLI
ECLI:NL:RBGEL:2020:2387
Formele relaties
Zaaknummer
AWB - 17 _ 6340 tm 17 _ 6346
Relevante informatie
Art. 20 AWR, Art. 25 AWR, Art. 27e AWR, Art. 67f AWR, Art 26b Wet LB

Inhoudsindicatie

Naar aanleiding van een boekenonderzoek zijn bij eiseres, een schoonmaakbedrijf, naheffingsaanslagen loonheffingen en boetes opgelegd. Eiseres heeft niet de vereiste aangiften loonheffingen gedaan.

Het bedrag van de nageheven loonheffingen berust niet op een redelijke schatting:

- de correctie met betrekking tot de verloonde uren op naam van anderen dan degenen die feitelijk het werk hebben verricht en het loon hebben genoten alleen voor zover het betreft de werkzaamheden verricht voor een derde blijft gehandhaafd op 39,6% van de netto-loonsom. Voor zover het betreft de overige werkzaamheden kan (anders dan verweerder) genoemd percentage niet zonder meer worden toegepast en wordt de correctie verlaagd tot 5%;

- de correctie betrekking hebbend op (vennoten van) een vof wordt beperkt tot de naheffing van loonbelasting berekend naar het anoniementarief zonder brutering;

- de correctie met betrekking tot de reiskostenvergoedingen wordt beperkt en gebruteerd naar het anoniementarief;

- de correctie met betrekking tot de onkostenvergoedingen in verband met werkkamer en afkoop dienstplicht is terecht;

- de correctie met betrekking tot aan enkele werknemers verstrekte leningen is ten onrechte gecorrigeerd.

De beroepen tegen de opgelegde (en in bezwaar verminderde) boetes zijn ongegrond, wel dienen de boetes te worden verminderd wegens overschrijding van de redelijke termijn.

Uitspraak

Zittingsplaats Arnhem

Belastingrecht

zaaknummer: AWB 17/6340 tot en met 17/6346

uitspraak van de meervoudige belastingkamer van

in de zaken tussen

[eiseres] , te [vestigingsplaats] , eiseres

(gemachtigde: [gemachtigde] ),

en

de inspecteur van de Belastingdienst, kantoor Utrecht, verweerder.

Procesverloop

Verweerder heeft aan eiseres:

- voor het jaar 2009 een naheffingsaanslag loonheffingen (lh) opgelegd ten bedrage van € 90.000 en bij gelijktijdig gegeven beschikking een bedrag van € 12.831 aan heffingsrente in rekening gebracht;

- voor het jaar 2010 een naheffingsaanslag lh opgelegd ten bedrage van € 100.000 en bij gelijktijdig gegeven beschikking een bedrag van € 15.779 aan heffingsrente in rekening gebracht;

- voor het jaar 2011 een naheffingsaanslag lh opgelegd ten bedrage van € 366.597 en bij gelijktijdig gegeven beschikkingen een bedrag van € 62.739 aan heffingsrente in rekening gebracht en een vergrijpboete opgelegd van € 165.745;

- voor de jaren 2012 tot en met 2015 een naheffingsaanslag lh opgelegd ten bedrage van € 1.272.248 en bij gelijktijdig gegeven beschikkingen een bedrag van € 134.900 aan heffingsrente in rekening gebracht en een vergrijpboete opgelegd van € 582.311.

Verweerder heeft bij uitspraak op bezwaar van 28 november 2017:

- voor het jaar 2009 de aanslag verminderd tot een bedrag van € 85.299 en de beschikking heffingsrente dienovereenkomstig gewijzigd;

- voor het jaar 2010 de aanslag verminderd tot een bedrag van € 97.073 en de beschikking heffingsrente dienovereenkomstig gewijzigd;

- voor het jaar 2011 de aanslag verminderd tot een bedrag van € 363.348, de beschikking heffingsrente dienovereenkomstig gewijzigd en de vergrijpboete verminderd tot

€ 35.000;

- voor de jaren 2012 tot en met 2015 de aanslag verminderd tot een bedrag van

€ 1.266.484, de beschikking heffingsrente dienovereenkomstig gewijzigd en de vergrijpboete verminderd tot € 140.000.

Eiseres heeft daartegen bij brief van 6 november 2017, op 7 november 2017 ontvangen door de rechtbank, beroep ingesteld.

Verweerder heeft de op de zaken betrekking hebbende stukken overgelegd en een verweerschrift ingediend.

Partijen hebben voorafgaand aan de zitting nadere stukken ingediend die, door tussenkomst van de griffier, in afschrift zijn verstrekt aan de wederpartij.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 21 september 2018. Namens eiseres zijn verschenen haar directeur, [persoon A] , bijgestaan door haar gemachtigde. Namens verweerder zijn verschenen [persoon B] , [persoon C] en [persoon D]

Partijen hebben ter zitting een pleitnota voorgedragen en exemplaren daarvan overgelegd aan de rechtbank en aan de wederpartij.

Overwegingen

Feiten

1. Eiseres is opgericht op [datum] . Bestuurder, tevens enig aandeelhouder, van eiseres is [persoon A] .

2. De activiteiten van eiseres bestaan hoofdzakelijk uit de exploitatie van een schoonmaakbedrijf. Belanghebbende neemt opdrachten rechtstreeks aan van de opdrachtgever. Zij is in dat geval hoofdaannemer. Dit betreft circa 130 opdrachtgevers (jaar 2013) die samen ongeveer 40 percent van de omzet vormen. Op de urenstaten worden deze opdrachten omschreven als “Eigen werk”. Belanghebbende voert daarnaast ook opdrachten uit in onderaanneming. Dit betreft met name de werkzaamheden in opdracht van [B.V. 1] en [B.V. 2] (hierna: [B.V.'s] ), beiden gevestigd in [plaatsnaam] . De opdrachten voor deze bedrijven vormen samen ongeveer 60 percent van de omzet.

3. Eiseres is medio 2012 van haar vorige accountant overgestapt naar [accountantskantoor] , accountants en adviseurs te [plaatsnaam] . Op 9 oktober 2013 zijn de aangiften loonheffing over de jaren 2008 tot en met 2012 tot een totaalbedrag van € 168.771 (2008: € 45.113, 2009: € 45.638, 2010: € 7.552, 2011: € 46.067 en 2012; € 24.401) exclusief rente gecorrigeerd en betaald (inclusief rente).

4. In de aangiften loonheffing - met inbegrip van de latere correctieberichten - zijn per saldo de volgende bedragen (collectief) opgenomen:

2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015

loon LBPH 798.687 672.410 850.435 600.092 753.738 815.776 779.948

loon SV 751.505 632.667 792.780 561.922 752.738 815.776 779.948

LBPH 130.884 113.737 133.906 99.216 137.923 123.620 128.837

Premies wnv 59.530 46.044 52.081 46.598 83.829 109.463 88.959

bijdrage Zvw 47.177 39.736 50.225 38.164 55.068 59.673 53.693

totaal te betalen 237.591 199.517 220.024 183.978 276.820 292.756 271.494

5. Op 1 oktober 2013 heeft verweerder een boekenonderzoek aangekondigd. Op 15 april 2015 is aangekondigd dat het onderzoek feitelijk zal aanvangen.

6. Gedurende het boekenonderzoek zijn ter behoud van rechten naheffingsaanslagen lh opgelegd voor de jaren 2009 en 2010 ten bedrage van € 90.000 onderscheidenlijk € 100.000 en is bij gelijktijdig gegeven beschikking rente in rekening gebracht ten bedrage van € 12.831 onderscheidenlijk € 15.779.

7. Ter zake van het boekenonderzoek is met dagtekening 13 februari 2017 een rapport opgemaakt (hierna: het controlerapport) waarin - onder meer - het volgende is vermeld:

3.1 Kasboek

Tijdens het inleidend gesprek [op 25 augustus 2015] met de heren [naam] en [accountant] (Rechtbank: de accountant) is door hen verklaard dat er tot medio 2013 geen (klad-)kasboek is bijgehouden. Vanaf medio 2013 zouden er geen contante mutaties meer hebben plaatsgevonden.

In de gecontroleerde periode (2009-2013) zijn echter substantiële bedragen per kas uitbetaald, met name loonbedragen. Zo is op 31 december 2010 in de financiële administratie een journaalpost opgenomen met als omschrijving “kasbet. volgens overzicht cliënt” voor een bedrag ad € 69.378. Het “overzicht cliënt” is niet aanwezig c.q. niet bewaard. In totaal is in dat jaar € 86.508 contant als loon uitbetaald. In 2011 is er in totaal € 139.973 contant als loon uitbetaald. (…)

3.2 Loonadministratie/ urenstaten

(…)

Er is tussen de vermelde uren/dagen op de urenstaten en de verloonde uren/dagen in de loonadministratie geen substantieel verschil aangetroffen. Dit betekent dat indien de urenstaten niet juist zijn (wat gelet op de diverse onderdelen hierna het geval is), de gevoerde loonadministratie ook niet juist is.

Bij [naam] zijn meerdere urenstaten aangetroffen (…):

-

Excel-urenstaten, opgemaakt door [persoon A] . Hierop worden alle werknemers vermeld die in de betreffende maand worden vertoond;

-

Papieren urenstaten van opdrachtgever [B.V. 1] ;

-

Papieren urenstaten van opdrachtgever [B.V.'s] ;

-

Excel-urenstaten van opdrachtgever [bedrijf] .

(…)

3.2.1 Excel-urenstaten van [persoon A]

Door [persoon A] zijn maandelijks excel-urenstaten opgemaakt waarop alle werknemers worden vermeld die door [persoon A] in die maand zijn verloond. Uit een steekproefsgewijze controle bleek dat de excel-urenstaten aansluiten met de ingediende aangiften loonheffingen (voorzover het betreft de naam van de werknemer en het aantal verloonde uren).

Op de excel-urenstaten wordt de naam van de werknemer, het schoonmaakobject of opdrachtgever (of vermelding ‘Eigen werk’) én het aantal gewerkte uren vermeld.

Ofschoon deze excel-urenstaten een opmaak hebben waarbij voor iedere dag van de maand (iedere dag is één kolom) de gewerkte uren kunnen worden vastgelegd, is gebleken dat dit in een groot aantal gevallen niet is bijgehouden dan wel vastgelegd. De tijdstippen waarop is gewerkt, worden op deze excel-urenstaten sowieso niet bijgehouden.

Met betrekking tot het aantal gewerkte uren in de periode januari 2010 tot en met maart 2015 (65 maanden/65 urenstaten) wordt:

-

op 33 urenstaten slechts een totaal aantal uren vermeld die een werknemer in de betreffende maand gewerkt heeft (dus niet gespecificeerd per dag, dus ook geen tijdstippen wanneer er gewerkt is);

-

op 17 urenstaten alleen een weektotaal vermeld die een werknemer in die weken gewerkt heeft (eveneens geen specificatie per dag of tijdstippen);

-

op 12 urenstaten een specificatie per dag vermeld die een werknemer op die dagen gewerkt heeft (er is geen specificatie van de tijdstippen);

-

op 3 urenstaten is gedeeltelijk een maand- of weektotaal vermeld.

De excel-urenstaten zijn opgemaakt aan de hand van de papieren urenstaten van [B.V. 1] en [B.V.'s] , de excel-urenstaten van [bedrijf] en- indien aanwezig- de papieren urenstaten van enkele werknemers. Van de overige uren c.q. werknemers waren geen nadere basisdocumenten aanwezig. Dit betreft met name de gewerkte uren voor “Eigen werk” (met uitzondering van [bedrijf] , actief tot en met 1e kwartaal 2012).

Over het kalenderjaar 2014 is vastgesteld dat van de 19.557 geboekte uren “Eigen werk” (op de excel-urenstaten) er 1.415 uren zijn verantwoord op de urenstaten van enkele werknemers. Dit is 7%.

Voorts is vastgesteld dat op de excel-urenstaten van [persoon A] bij het “Eigen werk” in de meeste gevallen niet is vermeld welke opdrachtgever/schoonmaakobject het betreft en hoeveel uren hier per dag zijn gewerkt.

In de email van de heer [accountant] / [accountantskantoor] van 21 mei 2015 worden de gewerkte uren ten behoeve van het “Eigen werk” nader verklaard:

“De medewerkers worden door de directie en bedrijfsleider gepland, zij krijgen per periode op waar zij in de komende periode moeten werken, zij hoeven daarvan geen uren van bij te houden indien dit eigen werken betreft.

De bedrijfsleider bezoekt regelmatig locaties op het moment dat medewerkers aanwezig horen te zijn en toetst zo de aanwezigheid en doet dan gelijk een kwaliteitscontrole.”

(…)

3.2.2 Papieren urenstaten [B.V. 1]

Met betrekking tot alle door [persoon A] verrichte werkzaamheden voor [B.V. 1] zijn er urenstaten in de administratie van [persoon A] opgenomen. Dit zijn per maand de urenstaten van gemiddeld 14 tot 16 werknemers. De op deze urenstaten vermelde namen van de werknemers en de gewerkte uren zijn op de excel-urenstaten van [persoon A] overgenomen en sluiten aan met de ingediende aangiften loonheffingen.

Op 25 september 2015 is door de belastingdienst een derdenonderzoek ingesteld bij [B.V. 1] in [plaatsnaam] . Tijdens dit onderzoek heeft de directeur/eigenaar de heer [persoon E] het volgende verklaard:

  1. [B.V. 1] heeft [persoon A] ingehuurd om tankstations schoon te maken. De werkzaamheden bestaan met name uit het schoonmaken van de vloeren en pompunits, vuilnis verzamelen/wegzetten en verzorgen betaalautomaat (met name de bonnen);

  2. De tankstations worden door één persoon schoongemaakt;

  3. [B.V. 1] hanteert daarbij 8 vaste weekroutes, dit zijn routes waarbij per dag (totaal 4 of 5 dagen) een aantal specifiek genoemde tankstations schoongemaakt moeten worden. Op enkele routes moet ook op zaterdag schoongemaakt worden;

  4. Van alle routes zijn door [persoon E] specificaties overgelegd. Hieruit blijkt dat op de volgende dagen schoongemaakt moet worden. Volgens [persoon E] gebeurt dit door de volgende - vaste - werknemers van [persoon A] :

Ma Di Wo Do Vr Za Zo

[naam] Route 1 x x x x

[naam] Route 2 x x x x x

[persoon K] Route 3 x x x x x

[persoon J] Route 4 x x x x x

[naam] Route 5 x x x x x

[naam] en [naam] Route 6 x x x x

[naam] Route 7 x x x x

[naam] Route 8 x x

5. Voor iedere route komt één werknemer van [persoon A] naar het bedrijfsadres van [persoon E] in [plaatsnaam] en gaat vervolgens met een bedrijfsauto van [persoon E] de route rijden;

6. Dezelfde personen rijden altijd dezelfde routes, tenzij er iemand ziek is of met vakantie is;

7. De werkzaamheden worden niet door vrouwen uitgevoerd;

8. [persoon E] verstrekt blanco urenstaten aan de werknemers (er ligt altijd een stapel op het bedrijfsadres in [plaatsnaam] waar de werknemers van [persoon A] iedere dag naartoe komen. Volgens [persoon E] nemen zij geregeld een aantal blanco exemplaren mee). De urenstaten worden volgens [persoon E] door de werknemers van [persoon A] uitsluitend handmatig met de pen ingevuld;

9. Na afloop van de maand leveren de werknemers van [persoon A] hun urenstaten bij [persoon E] in. [persoon E] ontvangt maandelijks 9 urenstaten (het betreffen 8 routes, route 6 wordt volgens [persoon E] door 2 personen verzorgd: [naam] en [naam] ;

10. Als [persoon E] alle manurenstaten ontvangen en nagekeken heeft, faxt hij deze - met pen ingevulde - urenstaten naar [persoon A] . [persoon A] maakt aan de hand van de totaal uren de factuur op (totaal aantal uren x uurtarief ad € 17,93 excl. OB (tarief 2015));

11. [persoon E] heeft de urenstaten, waarvan hij per fax een kopie naar [persoon A] heeft gestuurd, niet bewaard. (…)

Overigens heeft de heer [B.V. 1] na ons bezoek de urenstaat over de maand september 2015 wel bewaard. Daaruit blijkt o.a.

12. Dat het urenstaten betreft van 9 [persoon A] -werknemers (conform het aantal weekroutes, waarbij route 6 door 2 personen wordt schoongemaakt;

12. Dat op die urenstaten óók op zaterdag wordt gewerkt (zie hierna bij “Administratie [persoon A] ) conform het route-overzicht.

Administratie van [persoon A]

Bij [persoon A] bevinden zich - met betrekking tot de werkzaamheden bij [B.V. 1] - méér urenstaten in de administratie (gemiddeld 14-16 stuks) dan [persoon E] zegt te hebben ontvangen van deze werknemers en heeft doorgefaxt naar [persoon A] (9 urenstaten). De namen die op de 14-16 urenstaten staan vermeld, betreffen de 9 namen die [persoon E] kent, maar daarnaast nog (gemiddeld per maand) 5-7 andere namen die [persoon E] niet kent. De 5-7 namen zijn niet iedere maand dezelfde personen: in de periode januari 2015 tot en met augustus 2015 is vastgesteld dat er in totaal 15 andere namen voorkomen (naast de 9 reeds bekende namen).

[Rb: blijkens nadere stukken betreft het onder meer:

1. [naam werknemer]

2. [naam werknemer]

3. [naam werknemer]

4. [naam werknemer]

5. [naam werknemer]

6. [naam werknemer]

7. [naam werknemer]

8. [naam werknemer]

Vijf van de bovenvermelde ‘andere’ personen zijn vrouwen (1,2,5,7 en 8)]

Het totaal aantal uren op deze urenstaten stemt overeen met de [aan [B.V. 1] ] gefactureerde uren. De conclusie moet dus zijn dat de uren van de 9 personen van wie [persoon E] een urenstaat heeft ontvangen, door [persoon A] zijn verminderd en de hiermee vrijgekomen uren maandelijks zijn verdeeld over de 5-7 andere personen.

Het aandeel van de (gemiddeld) 5-7 andere personen in de bij [B.V. 1] gewerkte uren - in de jaren 2010-2015 (vastgesteld over de maanden januari - maart van ieder jaar ) - betreft:

2010 44%

2011 26%

2012 45%

2013 51%

2014 43%

2015 55%

In de email van de heer [accountant] / [accountantskantoor] van 21 mei 2015 wordt met betrekking tot [B.V. 1] het volgende verklaard:

“Als medewerkers voor [B.V. 1] werken houden zij met de hand een lijst bij. Deze lijst wordt getotaliseerd in de urenstaten. Tevens worden ze getotaliseerd op een Bijlage die naar [persoon E] gaat.”

De lijst die de medewerkers met de hand bijhouden, moet dezelfde zijn die [persoon E] van de 9 werknemers ontvangt. Er is geen plausibele reden denkbaar dat de werknemers, naast de urenstaat die zij aan [persoon E] verstrekken, nóg een urenstaat bijhouden.

Voorts is het niet aannemelijk dat de lijsten/urenstaten die de werknemers bijhouden, vervolgens weer op een andere urenlijst overgenomen moeten worden.

Voorts is met betrekking tot de gemiddeld 5-7 namen per maand nog het volgende vastgesteld:

-

Het betreffen onder andere een aantal vrouwen. [persoon E] heeft echter gezegd dat de werkzaamheden niet door vrouwen worden uitgeoefend;

-

Het betreffen onder andere 2 personen ( [persoon F] en [persoon G] ) waarvan de IND heeft vastgesteld dat dit gefingeerde dienstverbanden zijn geweest. De IND heeft dit vastgesteld mede aan de hand van een ambtsedige verklaring van de belastingdienst (zie onderdeel 3.2.5.3);

-

Voorts zijn in de administratie van [persoon A] enkele verslagen van functioneringsgesprekken uit 2009 aangetroffen (…). Dit betroffen onder andere verslagen van [persoon H] , [persoon I] , [persoon J] en [persoon K] . Deze personen kent [persoon E] als werknemers van [persoon A] die voor [B.V. 1] werkzaam zijn en van wie [persoon E] de urenstaten heeft ontvangen.

In deze verslagen wordt onder andere vermeld dat deze personen:

“met zijn eigen vervoer naar ‘bedrijfsverzamelpunt in [plaatsnaam] ’ gaan. Daar gaat hij met een volledig uitgeruste bedrijfsauto’s naar de bestemmingen van werkzaamheden….Volgens de aard van de werkzaamheden werken zij alleen. Communicatie naar zijn werkgever en overige collegea verloopt middels een ‘vast mobiel’ telefoon”.

Uit deze verslagen moet geconcludeerd worden dat de werknemers van [persoon A] met een bedrijfsauto van [B.V. 1] naar de betreffende tankstations rijden en alleen de werkzaamheden uitvoeren. Dit betekent dat er in totaal dus slechts 9 urenstaten kunnen zijn met betrekking tot de werkzaamheden bij [B.V. 1] (in plaats van de gemiddeld 14-16 die zich bij [persoon A] in de administratie bevinden). De maandelijkse 5-7 extra personen hebben deze werkzaamheden dus niet uitgevoerd. Tot deze groep van 5-7 personen behoren bijvoorbeeld ook de 2 personen van wie de IND heeft vastgesteld dat er sprake was van gefingeerde dienstverbanden;

[persoon E] heeft verklaard (en blijkens de route-specificaties aangetoond) dat op enkele routes óók op zaterdag schoongemaakt moet worden. Óók staat vast dat op zaterdag 20 september 2014 tankstation locatie [plaatsnaam] is schoongemaakt, zoals blijkt uit de internetsite van [B.V. 1] (…).

Op de 14-16 urenstaten van [persoon A] zijn echter nooit uren op een zaterdag verantwoord. (…).

In de periode januari-augustus 2015 heeft [bedrijfsleider] (broer van [persoon A] en bedrijfsleider) volgens de urenstaten van [persoon A] in mei 135 uur voor [B.V. 1] gewerkt, in juni 22 uur en in juli 73 uur. [persoon E] heeft echter verklaard dat [bedrijfsleider] nooit voor [B.V. 1] heeft gewerkt. Wél is bij [persoon E] bekend dat hij werkzaamheden verricht voor [B.V.'s] . Zo staat [bedrijfsleider] op zowel 24 juni 2015 als op 2 juli 2015 op de urenstaat van zowel [B.V. 1] (…) en [B.V.'s] (respectievelijk van 10:00-12:30 en van 08:00-09.00). Omdat de werkzaamheden voor [B.V. 1] altijd ’s-ochtends plaatsvinden, is het niet aannemelijk – mede in onderlinge samenhang bezien met de overige bevindingen in dit rapport – dat [bedrijfsleider] werkzaamheden heeft verricht voor [B.V. 1] .

Voorts heeft [persoon E] verklaard dat de urenstaten die hij van de 9 werknemers ontving, alle met de pen waren ingevuld. Deze urenstaten faxt hij naar [persoon A] . Dan zouden er zich in de administratie van [persoon A] uitsluitend met de pen beschreven urenstaten kunnen bevinden, in zwart/wit kleur (omdat deze per fax zijn ontvangen). Feitelijk bevonden zich in de administratie van [persoon A] ook urenstaten die met een blauwe pen waren beschreven of die met de pc/drukletters waren ingevuld.

Voorts bleken er in de administratie van [persoon A] urenstaten voor te komen met een andere lay-out dan die [persoon E] aan de werknemers verstrekt (…).

Daarnaast heeft [persoon E] met betrekking tot de urenstaten van de 9 bekende werknemers, die in de administratie van [persoon A] zijn opgenomen, verklaard dat:

-

het hierop vermelde aantal gewerkte uren, de aanvangs- en eindtijden – die bijna iedere dag hetzelfde zijn – niet kunnen kloppen. Dit zou veel meer moeten variëren. Dit blijkt ook uit de urenstaat van de maand september 2015 (…). Daaruit blijkt dat er nagenoeg iedere gewerkte dag een verschillend aantal uren wordt gewerkt met verschillende aanvangs- en eindtijden;

-

bij sommige werknemers uren zijn ingevuld op dagen waarop volgens de specificatie van de routes géén schoonmaakwerkzaamheden plaatsvinden. Bijvoorbeeld bij route 2 (…) worden op maandag uren vermeld, terwijl er op zaterdag juist géén uren zijn ingevuld.

Conclusie:

- Er wordt niet voldaan aan de administratieplicht;

- De urenstaten van [B.V. 1] , die in de administratie van [persoon A] zijn opgenomen, zijn vals. Er worden meer namen opgenomen dan er feitelijk gewerkt hebben. Daarnaast zijn ook de vermelde (gewerkte) uren en namen van werknemers onjuist. Deze urenstaten kunnen dus niet dienen om een degelijke controle van de gevoerde loonadministratie uit te kunnen voeren;

- Omdat de namen en de uren van deze urenstaten een-op-een zijn overgenomen op excel-urenstaten van [persoon A] , die exact aansluiten met de aangiften loonheffingen, zij er gedurende het controle-tijdvak tevens onjuiste aangiften loonheffingen ingediend door [persoon A] .

3.2.3. Papieren urenstaten [B.V.'s]

Maandelijks wordt door [persoon A] een factuur opgemaakt die uit ongeveer 10 bladzijden bestaat, waarop alle schoonmaakobjecten zijn vermeld met daarbij per object in kolommen – per schoonmaakobject - de dagen dat hier is gewerkt, de gewerkte tijd, het totaal aantal gewerkte uren per dag, de locatie en het totaal te factureren bedrag (totaal factuurbedrag per maand bedraagt € 25.000 - € 30.000).

Door [persoon A] worden op een (interne) kopie van deze factuur achter de opdrachten de namen van werknemers vermeld die de schoonmaakwerkzaamheden hebben uitgevoerd. Dit wordt in de ordner van de urenstaten bewaard.

In 55% van de gevallen (24 van de 44 beschikbare urenstaten) worden uitsluitend de namen vermeld achter de schoonmaakobjecten (dus zonder vermelding van het aantal gewerkte uren), zoals bijvoorbeeld in de urenstaat van januari 2015 [Rb: de handgeschreven vermeldingen zijn hieronder niet opgenomen]:

06 januari 08.00-12.00 4,00 [adresgegevens]

13 januari 08.00-12.00 4,00 [adresgegevens]

20 januari 08.00-12.00 4,00 [adresgegevens]

27 januari 08.00-12.00 4,00 [adresgegevens]

xx januari 08.00-12.00 0,00 [adresgegevens] 0,00.

In de overige 45% van de gevallen (20 van de 44 urenstaten) wordt bij de naam ook het aantal gewerkte uren vermeld, zoals bijvoorbeeld in de urenstaat van april 2015 [Rb: handgeschreven namen zijn hieronder niet vermeld]:

01 april 14.00-16.00 2,00 [adresgegevens]

08 april 14.00-16,00 2,00 [adresgegevens]

15 april 14.00-17.00 2,00 [adresgegevens]

22 april 14.00-16.00 2,00 [adresgegevens]

29 april 14.00-16.00 2,00 [adresgegevens]

03 april 10.30-12.30 2,50 [adresgegevens]

10 april 10.30-12.30 2,50 [adresgegevens]

17 april 10.30-12.30 2,50 [adresgegevens]

24 april 10.30-12.30 2,50 [adresgegevens]

xx april 10.30-12.30 0,00 [adresgegevens]

08 april 10.00-12,00 2,00 [adresgegevens]

22 april 08.00-15.00 2,00 [adresgegevens]

xx april 10.00-12.00 0,00 [adresgegevens]

02 april 08.00-11.00 3,00 [adresgegevens]

Met betrekking tot deze urenstaten is aan [persoon A] gevraagd hoe de gewerkte uren van de werknemers worden vastgelegd, wat er door de werknemers wordt aangeleverd of welke andere vastleggingen er zijn.

Op 30 maart 2016 antwoordt de heer [persoon A] hierover per email: “personeelsleden worden opgebeld voor de planning. Aan het einde van de periode worden wij voor de personeelsleden opgebeld t.b.v. planning/gewerkte uren e.d. Als de uren dan overeenstemmen, worden zij uitbetaald. Zo niet, dan komt een overleg met hoofdaannemer [persoon E] .”

Op het daarop volgend verzoek van de belastingdienst om deze planning en/of vastleggingen toe te zenden, wordt door de heer [accountant] ( [accountantskantoor] ) op 4 april 2016 per email als volgt gereageerd:

“Onderstaande nogmaals met de heer [persoon A] besproken. Hij geeft wederom aan dat er geen schriftelijke planning wordt bijgehouden. De medewerkers hebben veelal vaste opdrachtgevers, deze delen de projecten zelf in en de medewerkers onderling zorgen dat het werk verricht wordt. Ultimo van een periode geven de medewerkers hun uren op, deze worden gefactureerd en verloond. Als cliënten akkoord zijn met de uren wordt de factuur voldaan en gaat de heer [persoon A] er vanuit dat de medewerkers de juiste uren betaald hebben gekregen.”

Over deze emailwisseling kan het volgende worden opgemerkt:

-

ofschoon er kennelijk wél een planning is (eerste email), wordt hiervan niets vastgelegd. Er wordt niet voldaan aan de administratieplicht;

-

omdat de werknemers niet doorgeven op welke dagen en hoeveel uur per dag zij gewerkt hebben, is er dus géén specificatie wie wanneer en waar gewerkt heeft;

-

op deze wijze kan de werkgever er geen toezicht op houden of degene die hij verloont, ook wel daadwerkelijk de werkzaamheden heeft uitgevoerd.

3.2.3.1 Urenstaten [B.V.'s] / namen zonder uren

Indien door [persoon A] uitsluitend de namen achter de schoonmaakobjecten worden vermeld, kan in de meeste gevallen niet worden vastgesteld hoeveel uur de betreffende persoon daar heeft gewerkt in die betreffende maand. Als er één naam achter het project is vermeld, kan ervan worden uitgegaan dat deze persoon de bij dat project vermelde uren heeft gewerkt, op de dagen die op de factuur/urenstaat staan vermeld. Als er echter twee of meer personen achter de schoonmaakobjecten worden vermeld, kan niet worden vastgesteld hoeveel uur een ieder gewerkt heeft. Ook kan er geen aansluiting worden gevonden met de excel-urenstaat van [persoon A] omdat de betreffende personen vaak op meerdere schoonmaakobjecten van [B.V.'s] werkzaam zijn en er tevens vaak voor andere opdrachtgevers wordt gewerkt. Op de excel-urenstaten wordt alleen een totaal aantal uren van een maand (van alle schoonmaakobjecten tezamen) vermeld. Hoe deze urentotalen zijn samengesteld, is niet te herleiden. Op grond van deze urenstaten kan dus niet vastgesteld worden hoeveel uur er door wie is gewerkt en op welke dag.

3.2.3.2 Urenstaten [B.V.'s] / namen met uren

Indien door [persoon A] naast de namen ook een aantal uren wordt vermeld achter de schoonmaak-objecten, kan hieruit alleen de conclusie worden getrokken dat er in die maand door de betreffende persoon een x-aantal uur aan die objecten is gewerkt. Er kan echter niet worden vastgesteld op welke dag hoeveel uur er is gewerkt en aan welk object (…).

Werknemer [persoon L] / [persoon M]

Bij een deelcontrole is gebleken dat [persoon L] volgens de urenstaten van [persoon A] met betrekking tot [B.V.'s] , in de hieronder vermelde tijdsbestekken het daarbij genoemde aantal uren heeft gewerkt. In de laatste kolom is aangegeven dat er méér uren zijn verantwoord dan er in dat tijdsbestek gewerkt kunnen worden:

Datum Tijdsbestek Aantal gewerkte uren Verschil

2-4-2014 van 08:00-14:00 7,00 uur 1,00 uur

3-4-2014 van 08:00-14:00 7,50 uur 1,50 uur

4-4-2014 van 08:00-13:00 7,25 uur 2,25 uur

9-4-2014 van 08:00-14:00 8,00 uur 2,00 uur

10-4-2014 van 08:00-14:00 7,50 uur 1,50 uur

Bij een deelcontrole met betrekking tot [persoon M] zijn de volgende verschillen geconstateerd:

Datum Tijdsbestek Aantal gewerkte uren Verschil

1-4-2014 van 08:00-14:00 7,00 uur 1,00 uur

3-4-2014 van 08:00-14:00 7,50 uur 1,50 uur

10-4-2014 van 08:00-14:00 7,50 uur 1,50 uur

17-4-2014 van 08:00-14:00 7,50 uur 1,50 uur

22-4-2014 van 08:00-14:00 11,25 uur 5,25 uur

24-4-2014 van 08:00-14:00 7,50 uur 1,50 uur

Hieruit blijkt dat de urenstaten niet op de juiste wijze worden bijgehouden.

Werknemer [persoon N]

Van werknemer [persoon N] zijn een aantal urenstaten in de administratie aangetroffen die zij kennelijk zélf heeft opgemaakt. De aangetroffen urenstaten betreffen prints van urenstaten die door [persoon N] aan [persoon A] zijn gemaild. Op de urenstaat van [persoon N] van november 2014 vermeldt zij dat ze op volgende data heeft gewerkt op de daarbij vermelde locaties:

Datum Gewerkte uren Locatie

3 november 2014 6,5 uur Veenendaal

3 november 2014 2,5 uur Advocatenkantoor Utrecht

7 november 2014 6,5 uur Veenendaal

10 november 2014 2,5 uur Advocatenkantoor Utrecht

28 november 2014 3 uur Wateringen

Totaal 21 uur

Op de excel-urenstaat van [persoon A] november 2014 wordt vermeld dat [persoon N] 21 uur heeft gewerkt; en wel voor [B.V.'s] /locatie [bedrijf] . [bedrijf] is gevestigd te [vestigingsplaats] . Op de urenstaat [B.V.'s] wordt eveneens vermeld dat [persoon N] 21 uur heeft gewerkt bij [bedrijf] .

Uit het bovenstaande blijkt dus dat [persoon N] zélf verklaart slechts 13 uur in Veenendaal gewerkt te hebben, terwijl [persoon A] op beide urenstaten aangeeft dat zij er 21 uur gewerkt zou hebben. Wie de ontbrekende 8 uur in Veenendaal heeft gewerkt, is onbekend.

Daarnaast moeten de uren in Utrecht en Wateringen (betreft Eigen werk, hiervan is in het geheel geen specificatie) door [persoon A] op een andere naam zijn verantwoord, terwijl deze andere persoon de werkzaamheden feitelijk niet heeft uitgevoerd.

[Rb: in het controlerapport is verder een overzicht opgenomen van de maand-urenstaten 2014 van [persoon N] en de corresponderende urenstaten [B.V.'s] en [persoon A] . Uit het overzicht blijkt dat de door [persoon A] opgemaakte urenstaten niet geheel overeenstemmen met die van de werknemer]

[project]

Dit betreft een schoonmaakproject waarbij meerdere trappenhallen op verschillende locaties/plaatsen schoongemaakt worden. De schoonmaak vindt volgens de urenstaten [B.V.'s] op alle doordeweekse dagen plaats, gedurende ten minste 16 uur per dag.

De urenstaten over het jaar 2013 zijn nader beoordeeld. Daarbij bleek dat er in de maand juli 2013 volgens de factuur 380 uur zijn gefactureerd, terwijl er [op de excel-urenstaat] voor 8 personen in totaal slechts 265 uur verantwoord wordt. Over de maand augustus 2013 worden er volgens de factuur 367 uur gefactureerd, terwijl er [op de excel-urenstaat] voor één persoon totaal slechts 40 uur verantwoord wordt.

Verder is geconstateerd dat [persoon O] en [persoon P] volgens de urenstaten van [persoon A] (met betrekking tot [B.V.'s] ) uitsluitend voor het [project] werkzaam waren. Beide personen (met de Bulgaarse nationaliteit) werkten in 2013 voor [persoon A] door middel van hun vennootschap onder firma [VOF] (…). Beide personen hebben over een aantal maanden ieder afzonderlijk urenstaten ingeleverd bij [persoon A] . Op deze urenstaten hebben zij - per dag - vermeld hoeveel uur zij hebben gewerkt én in welke plaats zij die werkzaamheden hebben verricht. Deze plaatsnamen zijn vergeleken met de naw-gegevens van de diverse trappenhallen, zoals deze door [persoon E] op 16 augustus 2016 zijn opgegeven (waarbij is gevraagd naar de locaties in 2013).

Daarbij bleek dat [persoon O] en [persoon P] 693 uur van de 1.773 uur (39%) hebben gewerkt in plaatsen die niet door [persoon E] zijn opgegeven. In deze plaatsen is dus géén object Trappenhal (betreft o.a. locaties in [locaties] ). De uren (693) die op deze plaatsen betrekking hebben, zijn door [persoon A] alle op het [project] geboekt.

[persoon O] en [persoon P] zullen deze 693 uren dus op een andere schoonmaakobject gewerkt hebben. Daarnaast moeten andere personen de betreffende uren bij de Trappenhallen gewerkt hebben.

Werknemer [persoon Q]

De volgende urenstaat klopt niet (betreft de maand juli 2013):

19 juli 08.00-16.00 16,00 [bedrijf] extra 281,28

20 juli 08.00-14.30 4 34,00 [bedrijf] extra 597,12

22 juli 08.00-11.00 3,00 [bedrijf] extra 52,74

25 juli 06.00-14.00 6,00 [bedrijf] extra 105,48

29 juli 06.00-13.00 5,00 [bedrijf] extra 87,90

Volgens deze urenstaat heeft [persoon Q] op 19 juli 2013 in een tijdsbestek van 8 uren (van 08.00-16.00) 16 uren gewerkt en op 20 juli 2013 in eenzelfde tijdsbestek 34 uren. Inclusief de 14 uren op de andere 3 dagen, heeft hij in totaal 64 uren gewerkt bij [bedrijf] .

Daarnaast heeft [persoon Q] volgens de urenstaten van [B.V.'s] nog 81 uur bij “ [bedrijf] nieuw” en 5 uur bij “Trappenhal” gewerkt. Bij “ [bedrijf] nieuw” wordt dagelijks 9 uur gewerkt, onder andere op 22 juli (tussen 08.00- 17.00 uur), 25 en 29 juli (tussen 07.00-17.30 uur).

Op deze dagen werd tevens - in hetzelfde tijdsbestek - respectievelijk 3, 6 en 5 uur bij “ [bedrijf] ” gewerkt (zie hierboven), wat dus niet mogelijk is.

In totaal (inclusief bovenstaande 64 uur) worden er – ondanks bovenstaande tegenstrijdigheden - 150 uren op naam van [persoon Q] geboekt. Deze 150 uur staan óók op de excel-urenstaat en óók op de loonstrook van [persoon Q] over de maand juli 2013 (nettoloon € 1.496,25). Op deze loonstrook staat het volgende vermeld “Overgemaakt naar bank [nummer] ( [naam] )”. [naam] is niet in de loonadministratie van [persoon A] opgenomen.

Conclusie:

-

Er wordt niet voldaan aan de administratieplicht;

-

Aan de hand van de urenstaten van [B.V.'s] kan niet worden vastgesteld welke persoon op welke dag hoeveel uur gewerkt heeft;

-

De basisbescheiden aan de hand waarvan deze urenstaten zijn opgemaakt, zijn niet bewaard;

-

Inhoudelijk zijn er fouten geconstateerd in deze urenstaten. Er zijn uren aan personen toegerekend waarvan vaststaat dat zij bij de betreffende schoonmaakobjecten niet hebben gewerkt dan wel de vermelde uren niet (allemaal) hebben gewerkt. Wie deze werkzaamheden/uren wél hebben uitgevoerd, is niet bekend;

-

Hierdoor kunnen deze urenstaten niet dienen om een degelijke controle van de gevoerde loonadministratie uit te kunnen voeren;

-

Omdat de namen en uren van de urenstaten een-op-een zijn overgenomen op excel-urenstaten van [persoon A] , die exact aansluiten met de aangiften loonheffingen, zijn er gedurende het controle-tijdvak tevens onjuiste aangiften loonheffingen ingediend door [persoon A] .

3.2.4. Excel-urenstaten van de opdrachtgever [bedrijf]

Op de computer van [persoon A] bevonden zich ook een aantal urenstaten van [bedrijf] (excel-bestanden). Met betrekking tot het project “ [vliegveld] ” zijn de [bedrijf] -urenstaten oktober 2011 (…) vergeleken met de excel-urenstaten van [persoon A] oktober 2011 (…) die aansluiten met de ingediende aangifte loonheffingen oktober 2011. Tevens zijn de originele urenstaten bij [bedrijf] opgevraagd en ontvangen, waarbij tevens per urenstaat de betreffende factuur en de ID checker-rapportages waren bijgevoegd (dit betreft een online tool waarmee het identiteitsbewijs wordt gecontroleerd en de identiteit van de persoon wordt vastgesteld).

Uit deze vergelijking blijkt dat:

-

er op de [bedrijf] -staten 20 personen worden vermeld, terwijl er op de [persoon A] -staten (met omschrijving “ [bedrijf] - [vliegveld] ”) 23 personen worden vermeld;

-

er op de [bedrijf] -staten (oktober 2011) in totaal 685 uur wordt vermeld, op de [persoon A] -staat 811 uur;

-

er 9 personen komen zowel op de [bedrijf] -staten als op de [persoon A] -staten voor:

 daarvan komen van 3 personen de uren overeen;

 5 personen op de [bedrijf] -staten hebben gezamenlijk 47 uur meer gewerkt dan wat er voor deze personen op de [persoon A] -staten is vermeld;

 1 persoon op de [persoon A] -staat heeft 90 uur meer gewerkt dan op de [bedrijf] -staat.

- er op de [bedrijf] -staten staan 11 personen vermeld die niet op de [persoon A] -staat voorkomen (totaal 477 uur):

 daarvan worden 5 personen in heel 2011 niet verloond door [persoon A] (3 personen hebben al jarenlang een volledige uitkering, 2 personen werken fulltime bij een ander schoonmaakbedrijf. Deze zijn niet ingeleend);

 2 personen zijn blijkens de loonadministratie van [persoon A] pas vanaf 4 november respectievelijk 6 november 2011 in dienst en zijn niet verloond in oktober;

 4 personen zijn wél door [persoon A] verloond, maar blijkens de excel-urenstaten (en ook de papieren urenstaten) hebben zij voor andere opdrachtgevers gewerkt, en niet voor [bedrijf] ;

- er op de [persoon A] -staten 15 personen staan vermeld die niet op de [bedrijf] -staat voorkomen (totaal 561 uur). Aan hen zijn dus uren toegewezen waarop zij blijkens de [bedrijf] -staten (en de daarbij behorende IDcheckers) niet voor [bedrijf] gewerkt hebben.

Conclusies:

-

Er wordt niet voldaan aan de administratieplicht;

-

De door [persoon A] opgemaakte excel-urenstaten zijn feitelijk onjuist: er staan namen op van personen die de vermelde werkzaamheden ( [bedrijf] - [vliegveld] ) niet hebben uitgevoerd. Voorts ontbreken er een aantal namen die deze werkzaamheden juist wél hebben uitgevoerd;

-

Omdat de excel-urenstaten van [persoon A] exact aansluiten met de aangiften loonheffingen, zijn er gedurende het controle-tijdvak tevens onjuiste aangiften loonheffingen ingediend door [persoon A] .

3.2.5. Overige opmerkingen met betrekking tot de urenstaten

3.2.5.1 Werknemer [persoon R]

heeft (o.a.) over maart 2014 een urenstaat gemaild naar [persoon A] . De geprinte versie bevond zich tussen de overige urenstaten van de werknemers in de betreffende ordner van [persoon A] . Op de urenstaat wordt per gewerkte dag het aantal uren, de plaatsnaam en het aantal verreden kilometers vermeld.

Volgens de excel-urenstaat van [persoon A] heeft [persoon R] in maart 2014 in totaal 4 uur gewerkt bij het [bedrijf] ( [plaatsnaam] ). Volgens de urenstaat van [persoon R] heeft hij echter niet in [plaatsnaam] gewerkt. Mocht [persoon R] hiermee [plaatsnaam] hebben bedoeld dat [persoon R] wél op zijn urenstaat heeft opgenomen, dan klopt excel-urenstaat niet omdat [persoon R] in totaal 34 uur in [plaatsnaam] heeft gewerkt.

Voorts is op de urenstaat maart 2014 van [B.V.'s] vermeld dat [persoon R] op 6, 13, 20 en 27 maart heeft gewerkt bij [bedrijf] en bij [bedrijf] in [plaatsnaam] . Op die dagen heeft [persoon R] volgens zijn eigen urenstaat alleen voor [bedrijf] gewerkt, deze bevindt zich niet in [plaatsnaam] .

Ten slotte vermeldt [persoon R] op zijn urenstaat dat er in totaal 952 km is gereden. Er wordt slechts € 114,24 uitgekeerd. [persoon A] paste met betrekking tot de reiskostenvergoedingen in de loonadministratie afwijkende bedragen toe (…), dit betroffen echter in de meeste gevallen verschillen van enkele euro’s per persoon per maand. Hier betreft het een verschil van (952 x € 0,19 =) € 180,88 -/- € 114,24 = € 66,64 oftewel 37%.

3.2.5.2 Urenstaten van zwangere/bevallen werknemers

Bij acht vrouwen - die als werknemer zijn verantwoord in de loonadministratie van [persoon A] - is vastgesteld dat zij op de dag van bevalling en/of de dagen direct ervoor/erna volgens de urenstaten werkzaamheden hebben uitgevoerd. Ook zijn zij voor die uren in de aangiften loonheffingen opgenomen. Overigens bestaat er een wettelijk recht op zwangerschapsverlof (6 weken voor de uitgerekende datum, met een minimum van 4 weken) en 10 weken bevallingsverlof (met een maximum van 12 weken).

1 [persoon W] : bevallen op 8 juni 2010

-

Volgens de excel-urenstaat van [persoon A] en de urenstaat [B.V. 1] zou zij in mei 106 uur gewerkt hebben;

-

Volgens de excel-urenstaat van [persoon A] en de urenstaat [B.V. 1] zou zij in juni 99,8 uur gewerkt hebben;

-

Volgens de excel-urenstaat van [persoon A] en de urenstaat [B.V. 1] zou zij in juli 134 uur gewerkt hebben;

-

Werkt óók op de dag van de bevalling 5 uur voor [B.V. 1] . Overigens heeft [persoon E] verklaard dat er geen vrouwen werkzaam waren.

2 B. Cuha: bevallen op 18 augustus 2011

-

Volgens de excel-urenstaat van [persoon A] en de urenstaat [B.V. 1] zou zij in juli 112 uur gewerkt hebben;

-

Volgens de excel-urenstaat van [persoon A] en de urenstaat [B.V. 1] zou zij in augustus 60 uur gewerkt hebben;

-

Werkt óók op de dag van de bevalling 3 uur bij [B.V. 1] . Overigens heeft [persoon E] verklaard dat er geen vrouwen werkzaam waren.

3 [persoon N] : bevallen op 7 februari 2012

-

Volgens de excel-urenstaat van [persoon A] zou zij in januari in totaal 120 uur gewerkt hebben, t.w. 30 uur voor [bedrijf] , 82 uur voor [B.V.'s] en 8 uur Eigen werk;

-

Volgens de excel-urenstaat van [persoon A] zou zij in februari in totaal 105 uur gewerkt hebben, t.w. 48 uur voor [bedrijf] , 40 uur voor [B.V.'s] en 17 uur Eigen werk;

-

Werkt óók op de dag van de bevalling 2 uur voor [bedrijf] , vanaf 6 februari iedere werkdag (ma-vr) 2 uur bij [bedrijf] Hoofdkantoor. Van [B.V.'s] en Eigen werk zijn geen specificaties van deze maand voorhanden zodat niet bekend is op welke dagen ze daar heeft gewerkt;

-

Voorts is op de pc van [persoon A] een word-document aangetroffen (“ [bedrijf] ”, opgemaakt op 20 oktober 2013), waarop diverse opmerkingen staan vermeld over kennelijk onjuiste namen van werknemers van [persoon A] op de urenstaten van [bedrijf] . De een na laatste opmerking op dit document luidt: “Personeel met zwangerschapsverlof ( [persoon N] ) nog steeds op de urenlijst”, waarmee [persoon A] blijkbaar wil aangeven dat [persoon N] - ten onrechte - op de urenstaat van [bedrijf] wordt vermeld omdat ze met zwangerschapsverlof is. [persoon A] verantwoordt [persoon N] op zijn eigen urenstaten (en de aangiften loonheffingen) echter wél gedurende het zwangerschapsverlof.

4 [persoon T] : bevallen op 28 augustus 2012

5 [persoon S] : bevallen op 15 mei 2013

6 [persoon U] : bevallen op 9 juni 2014