Rechtbank Gelderland, 08-07-2021, ECLI:NL:RBGEL:2021:3479, AWB - 19 _ 3724 e.v.
Rechtbank Gelderland, 08-07-2021, ECLI:NL:RBGEL:2021:3479, AWB - 19 _ 3724 e.v.
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Gelderland
- Datum uitspraak
- 8 juli 2021
- Datum publicatie
- 7 september 2021
- ECLI
- ECLI:NL:RBGEL:2021:3479
- Zaaknummer
- AWB - 19 _ 3724 e.v.
Inhoudsindicatie
Man en vrouw drijven een onderneming in de vorm van een vof. De activiteiten van de vof bestaan uit de inkoop en verkoop van (voornamelijk) gouden sieraden. Het goud wordt ingekocht van een handelaar uit Dubai en verkocht aan ondernemingen en particulieren in Nederland en Europa. Ook wordt zogenoemd sloopgoud ingekocht en omgesmolten tot baren goud die geëxporteerd worden naar Dubai. Naar aanleiding van een boekenonderzoek heeft de Belastingdienst naheffingsaanslagen OB opgelegd aan de vof en navorderingsaanslagen IB/PVV opgelegd aan man en vrouw. Omdat de vereiste aangiften niet zijn gedaan is sprake van omkering en verzwaring van de bewijslast. De beroepen zijn gegrond omdat de redelijke schatting van verweerder de hoog is.
Uitspraak
Zittingsplaats Arnhem
Belastingrecht
zaaknummers: AWB 19/3724, 19/3726, 19/3727 en 19/3729 tot en met 19/3733
in de zaken tussen
(gemachtigde: [naam gemachtigde] ),
en
Procesverloop
Verweerder heeft aan eiseres de volgende navorderingsaanslagen opgelegd:
- -
-
Navorderingsaanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) 2012, berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 1.125.807. Tevens is bij beschikking € 120.552 aan belastingrente in rekening gebracht;
- -
-
Navorderingsaanslag inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet (ZVW) 2012, berekend naar een bijdrage inkomen van € 50.064. Tevens is bij beschikking € 223 aan belastingrente in rekening gebracht;
- -
-
Navorderingsaanslag IB/PVV 2013, berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 961.106. Tevens is bij beschikking € 87.896 aan belastingrente in rekening gebracht;
- -
-
Navorderingsaanslag ZVW 2013, berekend naar een bijdrage inkomen van € 50.853. Tevens is bij beschikking € 316 aan belastingrente in rekening gebracht;
- -
-
Navorderingsaanslag IB/PVV 2014, berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 452.299. Tevens is bij beschikking € 31.297 aan belastingrente in rekening gebracht;
- -
-
Navorderingsaanslag ZVW 2014, berekend naar een bijdrage inkomen van € 51.414. Tevens is bij beschikking € 243 aan belastingrente in rekening gebracht;
- -
-
Navorderingsaanslag IB/PVV 2015, berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 453.924. Tevens is bij beschikking € 22.366 aan belastingrente in rekening gebracht;
- -
-
Navorderingsaanslag ZVW 2015, berekend naar een bijdrage inkomen van € 51.976. Tevens is bij beschikking € 132 aan belastingrente in rekening gebracht.
Verweerder heeft bij uitspraak op bezwaar van 23 mei 2019 de navorderingsaanslagen en de beschikkingen belastingrente gehandhaafd.
Eiseres heeft daartegen bij brief van 28 juni 2019, ontvangen door de rechtbank op dezelfde dag, beroep ingesteld.
Verweerder heeft de op de zaken betrekking hebbende stukken overgelegd en een verweerschrift ingediend.
Eiseres heeft vóór de zitting nadere stukken ingediend. Deze stukken zijn telkens in afschrift verstrekt aan de wederpartij.
Het eerste onderzoek ter zitting (enkelvoudig) heeft plaatsgevonden op 4 december 2020. Namens eiseres is verschenen [persoon A] (zoon van eiseres), bijgestaan door de gemachtigde en haar kantoorgenoot [persoon B] . Namens verweerder zijn verschenen [persoon C] , [persoon D] , [persoon E] en [persoon F] .
De gemachtigde heeft ter zitting een pleitnota voorgedragen en exemplaren daarvan overgelegd aan de rechtbank en aan de wederpartij.
De rechtbank heeft het onderzoek ter zitting geschorst en verwezen naar de meervoudige kamer.
Verweerder heeft vervolgens vóór de tweede zitting nadere stukken ingediend. Deze stukken zijn telkens in afschrift verstrekt aan de wederpartij.
Het tweede onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 19 april 2021. Eiseres is tezamen met [naam echtgenoot] (echtgenoot) en [persoon A] (zoon van eiseres) verschenen, zij zijn bijgestaan door de gemachtigde en haar kantoorgenoot [persoon B] . Namens verweerder zijn verschenen [persoon C] , [persoon D] , [persoon E] en [persoon F] .
Eiseres heeft ter zitting een pleitnota voorgedragen en exemplaren daarvan overgelegd aan de rechtbank en aan de wederpartij.
De beroepen met de zaaknummers 19/3734 tot en met 19/3736 en 19/3738 tot en met 19/3742 van [naam echtgenoot] en de beroepen met de zaaknummers 19/3787 en 19/3789 van [B.V.] zijn gelijktijdig en gezamenlijk met deze zaken op zitting behandeld.
Overwegingen
Feiten
1. Eiseres is gehuwd met [naam echtgenoot] (echtgenote). Eiseres en haar echtgenoot drijven onder de naam [naam VOF] (VOF) een onderneming in firmaverband. Eiseres en haar echtgenoot zijn ieder voor de helft gerechtigd tot de winst van de VOF.
2. De ondernemingsactiviteiten van de VOF bestaan uit de inkoop en verkoop van (voornamelijk) gouden sieraden. De VOF koopt nieuwe sieraden in bij de handelaar [naam handelaar] die in Dubai is gevestigd en verkoopt sieraden aan ondernemingen in Nederland en Europa en aan particulieren. Daarnaast koopt de VOF sieraden in, die zogenoemd sloopgoud opleveren. Het sloopgoud wordt voor een deel door de VOF omgesmolten tot baren goud die vervolgens weer worden geëxporteerd naar Dubai, naar [naam handelaar] . Het overige sloopgoud wordt verkocht aan de firma [firma] te [plaatsnaam] of door [firma] omgesmolten, gezuiverd en weer teruggeleverd aan de VOF.
3. De VOF heeft jaarlijks de goudvoorraad geïnventariseerd tegen de inkoopprijzen per gram:
Voorraad in gewicht (gram) |
Inkoopprijs per gram |
|
2012 |
32.206,0 |
€ 22,00 |
2013 |
41.150,0 |
€ 28,25 |
2014 |
46.906,5 |
€ 28,25 |
2015 |
48.432,0 |
€ 26,25 |
4. Verweerder heeft over de jaren 2005 en 2006 een boekenonderzoek ingesteld bij de VOF en de bevindingen daarvan neergelegd in het controlerapport van 18 september 2007. In dat controlerapport is onder meer het volgende vermeld:
“1 .1 .4 Gebreken in de administratie
Samengevat zijn de volgende gebreken vastgesteld:
- De kasadministratie vormt geen betrouwbare basis voor de winstberekening. Voor nadere onderbouwing zie het hoofdstuk Kasverantwoording.
Inkopen zijn gedeeltelijk niet geboekt.”
5. Eiseres heeft over de jaren 2012 tot met 2015 aangiften IB/PVV ingediend naar verzamelinkomens van respectievelijk € 28.438, € 15.634, € 18.340 en € 21.478.
6. De aanslagen IB/PVV over de jaren 2012 tot en met 2015 zijn conform de ingediende aangiften opgelegd.
7. Op 16 januari 2017 heeft verweerder een bedrijfsgesprek bij de VOF aangekondigd. Dit gesprek heeft plaatsgevonden op 7 februari 2017.
8. Op 6 april 2017 heeft verweerder een controle aangekondigd bij de VOF. De controle heeft geleid tot het controlerapport van 28 november 2018. Dit controlerapport maakt onderdeel uit van de gedingstukken.
9. In het controlerapport staan onder meer de volgende bevindingen:
“(…)
Voorraden
Op basis van goed koopmansgebruik worden voorraden in de Nederlandse jaarverslaggeving gewaardeerd tegen historische kostprijs, of (indien daar reden toe is) tegen een lagere marktwaarde van dat moment.
Inventarisatie
Jaarlijks inventariseert [echtgenoot] zijn voorraad. Daarbij worden gewichten geregistreerd op handgeschreven formulieren, waarvan een kopie van het jaar 2012 als voorbeeld in bijlage 3 is opgenomen. De inventarisaties van de overige jaren zijn van gelijke strekking. Per ultimo van de jaren 2012-2015 betreffen de voorraden gouden sieraden volgens opgave van [echtgenoot] respectievelijk 32.206, 41.150, 46.906,5 en 48.432 gram.
(…)
In het kader van dit onderzoek is de beoordeling van de juiste waardering van de voorraad beperkt tot de voorraad gouden sieraden, aangezien deze productgroep verreweg de omvangrijkste is. De door [echtgenoot] gehanteerde prijzen per gram bedragen in de jaren 2012 tot en met 2015 respectievelijk bedragen van:
€ 22,00, € 28,25, € 28,25 en € 26,50.
Uit de wijze waarop [echtgenoot] zijn voorraadinventarisatie heeft vastgelegd, valt niet af te leiden op welk moment en voor welk bedrag de sieraden zijn ingekocht. Een exacte inkoopprijs valt derhalve niet eenduidig uit de gevoerde administratie vast te stellen. Het is echter reëel te veronderstellen dat de voorraad voornamelijk bestaat uit collecties die in het daaraan voorafgaande jaar zijn ingekocht. Aanvullend zou het niet reëel zijn te veronderstellen dat oudere collecties (ingekocht tegen een gestelde lagere prijs in het verleden) niet worden verkocht als sloopgoud, als de marktwaarde daarvan (door een stijgende wereldkoers) meer bedraagt dan de destijds betaalde inkoopwaarde.
Bij de waardebepaling van de voorraad gouden sieraden is door ons dan ook (bij gebrek aan gedetailleerde vastleggingen) uitgegaan van de gemiddelde inkoopprijs van dat lopende jaar. De gemiddelde inkoopprijzen in de jaren 2012-2015 bedragen respectievelijk € 36,01, € 32,97, € 27,80 en € 32,43 per gram. De waarde van de voorraad per ultimo van de jaren 2012-2015 zijn door ons vastgesteld op bedragen van respectievelijk € 1.159.808, € 1.356.550, € 1.303.926 en € 1.570.546, zie onderstaande opstelling.”
Voorraad berekening |
||||||||
2012 |
2013 |
2014 |
2015 |
|||||
Inventarisatie in gr |
32.206,0 |
41.150,0 |
46.906,5 |
48432,0 |
||||
Waardering |
€ |
22,00 |
€ |
28,25 |
€ |
28,25 |
€ |
26,50 |
Voorraad jaarstukken |
€ |
708.532,00 |
€ |
1.162.487,50 |
€ |
1.325.108,63 |
€ |
1.283.448,00 |
Totale inkopen lopend jaar |
€ |
1.473.330 |
€ |
3.267.390 |
€ |
1.205.055 |
€ |
941.238 |
Totaal gewicht |
40.912,00 |
99.114,00 |
43.349,80 |
29.025,60 |
||||
Gem ink prijs |
€ |
36,01 |
€ |
32,97 |
€ |
27,80 |
€ |
32,43 |
Voorraad berekend |
€ |
1.159.808 |
€ |
1.356.550 |
€ |
1.303.926 |
€ |
1.570.546 |
Verschil |
€ |
451.276 |
€ |
194.063 |
€ |
-21.183 |
€ |
287.098 |
(…)
6.1.1 Verkopen sloopgoud
Het verdienmodel van de onderneming is enerzijds gericht op de verkoop van sieraden en anderzijds op de in- en verkoop van zogenaamd sloopgoud. Het ingekochte sloopgoud wordt door [echtgenoot] verkocht aan de firma [firma] te [plaatsnaam] , of door [echtgenoot] zelf omgesmolten tot baren onzuiver goud. Deze baren worden vervolgens via een expediteur naar Dubai gevlogen om daar aan de heer [naam handelaar] verkocht te worden, zie hiervoor ook het onderdeel 'Schuld Dubai' in hoofdstuk 5.3.