Rechtbank Gelderland, 15-05-2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:2746, AWB - 22 _ 470
Rechtbank Gelderland, 15-05-2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:2746, AWB - 22 _ 470
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Gelderland
- Datum uitspraak
- 15 mei 2023
- Datum publicatie
- 15 juni 2023
- Zaaknummer
- AWB - 22 _ 470
- Relevante informatie
- Art. 3.90 Wet IB 2001, Art. 3.92 Wet IB 2001
Inhoudsindicatie
IB/PVV 2013, 2014 en 2015. Terbeschikkingstellingsregeling artikel 3.92 van de Wet IB 2001. Belastingplichtige en partner houden indirect alle aandelen in A BV. Belastingplichtige en partner verhuren een pand aan B BV waarin de meerderjarige kinderen alle certificaten van aandelen houden. Belastingplichtige en partner zijn enig bestuurders van de B BV. A BV heeft in de jaren 2013 tot en met 2015 goederen en diensten geleverd aan B BV die met name bestaan uit het verzorgen van de catering bij verhuur van de locatie aan derden. Voor alle werkzaamheden bij B BV worden personeelsleden van A BV ingehuurd. B BV heeft geen personeel in dienst en is structureel verlieslatend. Belastingplichtige heeft ter zitting desgevraagd verklaard dat de feitelijke situatie in de onderhavige jaren nauwelijks verschilt ten opzichte van de situatie tot het jaar 2007 toen B BV nog via A BV werd geëxploiteerd. De rechtbank acht het gelet op alle feiten en omstandigheden aannemelijk dat het pand feitelijk ter beschikking is gesteld aan A BV en dat de verhuur aan B BV economisch gezien geen zelfstandige betekenis heeft. Het pand is aan te merken als een ter beschikking gesteld vermogensbestanddeel als bedoeld in artikel 3.92, eerste lid, onderdeel a, van de Wet IB 2001. Beroep inzake navorderingsaanslag IB/PVV 2013 wel gegrond vanwege te hoge correctie.
Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
Zittingsplaats Arnhem
Bestuursrecht
zaaknummers: ARN 22/466, 22/467 en 22/468
uitspraak van de meervoudige belastingkamer van
in de zaak tussen
[eiseres] , uit [woonplaats] , eiseres
(gemachtigde: [gemachtigde] ),
en