Rechtbank Gelderland, 30-06-2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:4543, ARN - 21 _ 1606
Rechtbank Gelderland, 30-06-2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:4543, ARN - 21 _ 1606
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Gelderland
- Datum uitspraak
- 30 juni 2023
- Datum publicatie
- 21 augustus 2023
- Zaaknummer
- ARN - 21 _ 1606
- Relevante informatie
- Art. 35c SW, Art. 35d SW, Art. 35e SW
Inhoudsindicatie
Erfbelasting en IB/PVV. BOR. Tot de nalatenschap van erflaatster behoren aandelen in een holdingvennootschap. De holdingvennootschap heeft sinds eind jaren negentig alle aandelen in een werkmaatschappij. De werkmaatschappij heeft op haar beurt diverse aandelenbelangen in binnen- en buitenlandse vennootschappen. Binnen het jaar voor overlijden van erflaatster zijn de belangen in twee buitenlandse vennootschappen uitgebreid. Voor de erfbelasting is in geschil of, voor de toepassing van de bedrijfsopvolgingsregeling, voor die uitbreidingen is voldaan aan de bezitseis. Voor de erfbelasting en inkomstenbelasting is verder is geschil of de in de holding aangehouden liquide middelen en effecten als duurzaam overtollig moeten worden beschouwd. Niet in geschil is dat de werkmaatschappij één objectieve onderneming drijft en de uitgebreide belangen tot het ondernemingsvermogen van de werkmaatschappij behoren. De rechtbank oordeelt daarom dat voor de uitbreidingen geen afzonderlijke bezitstermijn is gaan lopen. De rechtbank oordeelt ook dat aannemelijk is gemaakt dat een deel van de liquide middelen en effecten op de balans van de holding tot het ondernemingsvermogen behoort, omdat dit wordt aangehouden ter versteviging van de door de werkmaatschappij gedreven onderneming. De beroepen zijn gegrond.
Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
Zittingsplaats Arnhem
Belastingrecht
zaaknummer: ARN 21/1606
uitspraak van de meervoudige belastingkamer van
in de zaak tussen
[eiseres], uit [woonplaats], belanghebbende
(gemachtigde: [gemachtigde]),
en