Home

Rechtbank Gelderland, 30-06-2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:4546, ARN - 21 _ 3011

Rechtbank Gelderland, 30-06-2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:4546, ARN - 21 _ 3011

Gegevens

Instantie
Rechtbank Gelderland
Datum uitspraak
30 juni 2023
Datum publicatie
21 augustus 2023
ECLI
ECLI:NL:RBGEL:2023:4546
Zaaknummer
ARN - 21 _ 3011
Relevante informatie
Art. 4.17a Wet IB 2001, Art. 4.16 Wet IB 2001

Inhoudsindicatie

Erfbelasting en IB/PVV. BOR. Tot de nalatenschap van erflaatster behoren aandelen in een holdingvennootschap. De holdingvennootschap heeft sinds eind jaren negentig alle aandelen in een werkmaatschappij. De werkmaatschappij heeft op haar beurt diverse aandelenbelangen in binnen- en buitenlandse vennootschappen. Binnen het jaar voor overlijden van erflaatster zijn de belangen in twee buitenlandse vennootschappen uitgebreid. Voor de inkomstenbelasting is in geschil of de in de holding aangehouden liquide middelen en effecten als duurzaam overtollig moeten worden beschouwd. Niet in geschil is dat de werkmaatschappij één objectieve onderneming drijft en de uitgebreide belangen tot het ondernemingsvermogen van de werkmaatschappij behoren. De rechtbank oordeelt daarom dat voor de uitbreidingen geen afzonderlijke bezitstermijn is gaan lopen. De rechtbank oordeelt ook dat aannemelijk is gemaakt dat een deel van de liquide middelen en effecten op de balans van de holding tot het ondernemingsvermogen behoort, omdat dit wordt aangehouden ter versteviging van de door de werkmaatschappij gedreven onderneming. Het beroep is gegrond.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND

Zittingsplaats Arnhem

Belastingrecht

zaaknummer: ARN 21/3011

uitspraak van de meervoudige belastingkamer van

in de zaak tussen

de erven van [erflaatster], uit [woonplaats], belanghebbenden

(gemachtigde: [gemachtigde]),

en

de inspecteur van de belastingdienst, kantoor Heerlen, de inspecteur.

Inleiding

Feiten

Beoordeling door de rechtbank

Conclusie en gevolgen

Beslissing

Informatie over hoger beroep