Rechtbank Noord-Holland, 16-02-2017, ECLI:NL:RBNHO:2017:1062, AWB - 15_5681
Rechtbank Noord-Holland, 16-02-2017, ECLI:NL:RBNHO:2017:1062, AWB - 15_5681
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Noord-Holland
- Datum uitspraak
- 16 februari 2017
- Datum publicatie
- 20 februari 2017
- ECLI
- ECLI:NL:RBNHO:2017:1062
- Formele relaties
- Hoger beroep: ECLI:NL:GHAMS:2018:2189, Bekrachtiging/bevestiging
- Zaaknummer
- AWB - 15_5681
Inhoudsindicatie
In geschil is of eiseres haar vordering op een door haar verkochte vennootschap wegens verrichte managementdiensten ten laste van haar winst kan afwaarderen. De rechtbank stelt voorop dat in geval van een verkoop van aandelen in een vennootschap tegen een verkoopprijs van meer dan nihil in de regel ervan mag worden uitgegaan dat de vorderingen die corresponderen met de schulden van die vennootschap volwaardig zijn. Er is in casu geen sprake van een onvolwaardige vordering. Nu eiseres haar rechten wel heeft prijsgegeven, dient dit te worden aangemerkt als een handelen in haar hoedanigheid van aandeelhouder. De afwaardering kan niet ten laste van de belastbare winst van eiseres worden gebracht.
Uitspraak
Zittingsplaats Haarlem
Bestuursrecht
zaaknummer: HAA 15/5681
(gemachtigde: A.J. van Es),
en
Procesverloop
Verweerder heeft bij beschikking het verlies van eiseres over het jaar 2012 vastgesteld op een bedrag van € 77.402.
Na daartegen door eiseres gemaakt bezwaar, heeft verweerder deze beschikking bij uitspraak op bezwaar gehandhaafd.
Eiseres heeft daartegen beroep ingesteld.
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
Eiseres heeft vóór de zitting nadere stukken ingediend. Deze stukken zijn in afschrift aan verweerder verstrekt.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 25 januari 2017 te Haarlem.
Namens eiseres zijn ter zitting verschenen haar gemachtigde en mr. drs. [A] . Verweerder heeft zich ter zitting laten vertegenwoordigen door drs. A.C. Versteeg.
Overwegingen
Feiten
1. Eiseres houdt 33,33% van de aandelen in [A BEDRIJF] B.V. (hierna: [A BEDRIJF] ). Op dit aandelenbelang is de deelnemingsvrijstelling van toepassing. Laatstgenoemde houdt op haar beurt 41,88% van de aandelen in [B BEDRIJF] B.V.
2. In het onderhavige jaar en daaraan voorafgaande jaren heeft eiseres managementdiensten verricht ten behoeve van [A BEDRIJF] . De ter zake van die diensten verschuldigde vergoedingen zijn door [A BEDRIJF] goeddeels schuldig gebleven.
3. Omdat tussen de aandeelhouders van [A BEDRIJF] zakelijke meningsverschillen waren gerezen, heeft eiseres op 21 december 2012 haar belang in [A BEDRIJF] verkocht aan een derde, zijnde [C BEDRIJF] B.V. In de koopovereenkomst (hierna: de Overeenkomst) is met betrekking tot de koopprijs – voor zover van belang – het volgende bepaald:
“4.KOOPPRIJS AANDELEN [A BEDRIJF] EN WIJZE VAN BETALING
De koopprijs van de Aandelen [A BEDRIJF] bestaat uit een onvoorwaardelijk gedeelte (het “Onvoorwaardelijk Bestanddeel Koopprijs”) een voorwaardelijk gedeelte als nader omschreven in artikel 4.6 (het “Voorwaardelijk Bestanddeel Koopprijs I”), een voorwaardelijk gedeelte als nader omschreven in artikel 6.7 (het “Voorwaardelijk Bestanddeel Koopprijs II”), een voorwaardelijk gedeelte als nader omschreven in artikel 7.1 juncto artikel 7.3 (het “Voorwaardelijk Bestanddeel Koopprijs III”) en een voorwaardelijk gedeelte als nader omschreven in artikel 10.5 (het “Voorwaardelijk Bestanddeel Koopprijs IV”).
Het Onvoorwaardelijk Bestanddeel Koopprijs bedraagt EUR 1.102.379,46.”
4. Omtrent de door eiseres verrichte managementdiensten is in de Overeenkomst – voor zover van belang – als volgt bepaald: