Rechtbank Noord-Nederland, 21-12-2023, ECLI:NL:RBNNE:2023:5242, LEE 22/2432 t/m 22/2449
Rechtbank Noord-Nederland, 21-12-2023, ECLI:NL:RBNNE:2023:5242, LEE 22/2432 t/m 22/2449
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Noord-Nederland
- Datum uitspraak
- 21 december 2023
- Datum publicatie
- 8 januari 2024
- Zaaknummer
- LEE 22/2432 t/m 22/2449
- Relevante informatie
- Art. 9 Wet OB 1968, Tabel I post b.3 Wet OB 1968
Inhoudsindicatie
OB, de rechtbank beoordeelt of eiser met het ter beschikking stellen van de kajuitzeiljachten gelegenheid geeft tot sportbeoefening als bedoeld post b.3 van de bij de Wet op de omzetbelasting 1968 (Wet OB) behorende tabel I en daardoor ter zake van de verhuur de kajuitzeiljachten het verlaagde tarief van toepassing is.
Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummers: LEE 22/2432 t/m 22/2449
uitspraak van de meervoudige belastingkamer van 21 december 2023 in de zaken tussen
[eiser] , te [plaatsnaam], eiser
(gemachtigde: [gemachtigde eiser] ),
en
de inspecteur van de Belastingdienst/MKB kantoor Leeuwarden, verweerder
(gemachtigde: [gemachtigde verweerder] ).
Als derde-partij heeft aan het geding deelgenomen: de Minister voor Rechtsbescherming, de Minister.
Inleiding
1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank de beroepen van eiser tegen de uitspraken op bezwaar van verweerder van 6 mei 2022. De bezwaren van eiser waarop verweerder heeft beslist, zijn gericht tegen de op aangifte voldane bedragen aan omzetbelasting en tegen naheffingsaanslagen omzetbelasting met verzuimboeten. In het onderstaande overzicht is per zaaknummer opgenomen om welke bedragen het gaat.
Zaaknummer |
tijdvak |
omzetbelasting |
verzuimboete |
|
LEE 22/2432 |
maart 2018 |
voldoening op aangifte |
€ 5.246 |
|
LEE 22/2433 |
april 2018 |
voldoening op aangifte |
€ 6.835 |
|
LEE 22/2434 |
mei 2018 |
voldoening op aangifte |
€ 4.022 |
|
LEE 22/2435 |
juli 2018 |
voldoening op aangifte |
€ 1.999 |
|
LEE 22/2436 |
augustus 2018 |
voldoening op aangifte |
€ 3.313 |
|
LEE 22/2437 |
september 2018 |
voldoening op aangifte |
€ 1.724 |
|
LEE 22/2438 |
oktober 2018 |
voldoening op aangifte |
€ 928 |
|
LEE 22/2439 |
november 2018 |
voldoening op aangifte |
€ 524 |
|
LEE 22/2440 |
december 2018 |
naheffingsaanslag |
€ 5.174 |
€ 155 |
LEE 22/2441 |
januari 2019 |
voldoening op aangifte |
€ 2.104 |
|
LEE 22/2442 |
februari 2019 |
voldoening op aangifte |
€ 3.116 |
|
LEE 22/2443 |
maart 2019 |
naheffingsaanslag |
€ 1.945 |
€ 58 |
LEE 22/2444 |
april 2019 |
naheffingsaanslag |
€ 4.706 |
€ 141 |
LEE 22/2445 |
mei 2019 |
voldoening op aangifte |
€ 4.235 |
|
LEE 22/2446 |
juni 2019 |
voldoening op aangifte |
€ 5.598 |
|
LEE 22/2447 |
juli 2019 |
naheffingsaanslag |
€ 4.169 |
€ 125 |
LEE 22/2448 |
augustus 2019 |
voldoening op aangifte |
€ 3.408 |
|
LEE 22/2449 |
januari 2020 |
naheffingsaanslag |
€ 1.536 |
€ 50 |
Verweerder heeft de bezwaren van eiser afgewezen.
Verweerder heeft op de beroepen gereageerd met een verweerschrift.
Verweerder heeft voor de zitting een pleitnota ingediend.
De rechtbank heeft de beroepen op 10 oktober 2023 op zitting gezamenlijk behandeld. Eiser is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde, bijgestaan door [persoon 1] en [persoon 3] .
De gemachtigde van eiser heeft ter zitting een pleitnota overgelegd en voorgedragen.