Home

Rechtbank 's-Gravenhage, 15-02-2012, BV8097, AWB 11/4708

Rechtbank 's-Gravenhage, 15-02-2012, BV8097, AWB 11/4708

Gegevens

Instantie
Rechtbank 's-Gravenhage
Datum uitspraak
15 februari 2012
Datum publicatie
15 maart 2012
ECLI
ECLI:NL:RBSGR:2012:BV8097
Zaaknummer
AWB 11/4708

Inhoudsindicatie

Geen samengestelde prestatie. Ten aanzien van de vraag of de levering van cadeauverpakkingen voor Staatsloten opgaat in de (vrijgestelde) verstrekking van Staatsloten, oordeelt de rechtbank dat eiseres de onderscheiden prestaties aan verschillende afnemers verricht en dat reeds om die reden geen sprake kan zijn van een samengestelde prestatie. De levering van de cadeauverpakkingen is een afzonderlijke (belaste) levering in de zin van artikel 3, eerste lid , aanhef en onderdeel a, van de Wet op de omzetbelasting 1968.

Uitspraak

RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE

Sector bestuursrecht

zaaknummer: AWB 11/4708

uitspraak van de meervoudige kamer van 15 februari 2012 in de zaak tussen

Stichting Exploitatie Nederlandse Staatsloterij, gevestigd te Den Haag, eiseres

(gemachtigden: [A] en [B]),

en

de inspecteur van de Belastingdienst [te P], verweerder.

Procesverloop

Bij brief met dagtekening 12 maart 2010 heeft eiseres bezwaar gemaakt tegen de voldoening op aangifte van omzetbelasting over het vierde kwartaal van het jaar 2009.

Bij brief met dagtekening 15 april 2011 heeft verweerder het bezwaar van eiseres ongegrond verklaard.

Eiseres heeft daartegen bij brief van 26 mei 2011, ontvangen bij de rechtbank op 27 mei 2011, beroep ingesteld.

Verweerder heeft de op de zaak betrekking hebbende stukken overgelegd en een verweerschrift ingediend.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 22 december 2011. Namens eiseres zijn haar gemachtigden [A] en [B] verschenen. Namens verweerder zijn verschenen [C] en [D].

Overwegingen

Feiten

1. Op grond van de stukken van het geding en het verhandelde ter zitting staat het volgende vast.

2. De Stichting Exploitatie Nederlandse Staatsloterij (SENS) houdt zich hoofdzakelijk bezig met de organisatie van twee loterijen, de Staatsloterij en Dayzers en is als zodanig ondernemer in de zin van de Wet op de omzetbelasting 1968 (hierna: de Wet).

3. Eiseres verricht ter zake van de verstrekking van staatsloten diensten aan de uiteindelijke afnemers van de loten (vgl. HR 8 juli 1996, nr. 31 158, LJN AA2029). Deze diensten zijn vrijgesteld van omzetbelasting op grond van artikel 11, eerste lid, onderdeel l, van de Wet. De staatsloten zijn verkrijgbaar bij de door eiseres aangewezen officiële distributeurs (hierna: de distributeurs), via internet of via een abonnement.

4. Voor de loten van de oudejaarsloterij 2009 heeft eiseres een cadeauverpakking ontwikkeld, te weten een hersluitbaar en herbruikbaar rechthoekig blikje waarin een Staatslot past. Het blikje heeft de opdruk "Staatsloterij" en een reliëfafbeelding van een kluisdeurslot (hierna: het cadeaublikje). Het cadeaublikje kon alleen bij de distributeurs worden gekocht, al dan niet samen met een (oudejaars)lot. De distributeurs waren niet verplicht cadeaublikjes van eiseres af te nemen. De inkoopprijs voor de distributeurs was € 0,70 per stuk inclusief BTW. Voor de verkoop door de distributeurs gold een adviesprijs van € 1 per stuk inclusief BTW. De eigendom van de cadeaublikjes ging bij levering door eiseres over op de distributeurs. Niet verkochte cadeaublikjes werden niet door eiseres teruggenomen. De distributeurs hadden de mogelijkheid de cadeaublikjes ook nog op een later tijdstip te verkopen. Ter zake van de levering van de cadeaublikjes heeft eiseres aan de distributeurs facturen met BTW uitgereikt.

5. In het kader van het ontwikkelen van een nieuw loterijsysteem voor eiseres en [E loterij] door [F B.V.] hebben derden jegens eiseres juridische diensten verleend. Een deel van de kosten van de juridische dienstverlening heeft eiseres doorbelast aan [E loterij]. Eiseres heeft ter zake van die doorbelasting omzetbelasting voldaan op aangifte en de voorbelasting ter zake van de juridische dienstverlening in diezelfde aangifte naar rato van de doorbelasting in aftrek gebracht.

6. Een voormalig medewerker van eiseres heeft in een e-mail van 11 juni 2010 in reactie op vragen van verweerder over de juridische dienstverlening het volgende geantwoord: "In 2009 is € 175.000 aan omzet verantwoord. Wat betreft dit? Dit zijn doorbelaste kosten van SENS aan [E loterij] in verband met het project "Nieuw Loterij systeem". Doel van dit project is de ontwikkeling van een nieuw loterijsysteem dat zowel door SENS als door [E loterij] zal worden gebruikt. In dit kader trekken SENS en [E loterij] gezamenlijk op jegens de leverancier van het nieuwe systeem. Bij de (BTW belaste) doorbelasting van kosten door SENS aan [E loterij] in dit verband gaat het veelal om een (gedeeltelijke) doorbelasting van juridische adviesdiensten".

Geschil

7. In geschil is of eiseres recht heeft op teruggaaf van 1 % van de voorbelasting die drukt op haar algemene kosten.

8. Eiseres stelt zich op het standpunt dat zij met de verstrekking van de cadeaublikjes en de doorbelasting van de kosten van de juridische dienstverlening belaste prestaties heeft verricht in de zin van de Wet en dat zij daarom naar rato recht heeft op aftrek van de voorbelasting die drukt op haar algemene kosten.

9. Verweerder stelt zich op het standpunt dat geen recht bestaat op aftrek van voorbelasting omdat eiseres uitsluitend vrijgestelde prestaties verricht.

10. Niet in geschil is dat eiseres indien zij belaste prestaties heeft verricht, zij ingevolge het bepaalde in artikel 175 van de BTW-Richtlijn recht heeft op teruggaaf van 1% van de voorbelasting op de algemene kosten en dat dit bedrag op € 108.809 gesteld dient te worden.

11. Eiseres concludeert tot gegrondverklaring van het beroep, vernietiging van de uitspraak op bezwaar en verlening van een (additionele) teruggaaf van € 108.809.

12. Verweerder concludeert tot ongegrondverklaring van het beroep.

13. Voor het overige verwijst de rechtbank naar de gedingstukken.

Beoordeling van het geschil

Cadeaublikjes

14. Verweerder stelt zich op het standpunt dat de levering van de cadeaublikjes opgaat in de vrijgestelde dienst bestaande uit het gelegenheid geven tot deelname aan de Staatsloterij. Van een afzonderlijke belaste levering van goederen is daarom geen sprake.

15. Eiseres stelt zich op het standpunt dat de verstrekking van loten en de levering van de cadeaublikjes voor de omzetbelasting als twee afzonderlijke prestaties moeten worden aangemerkt. De verstrekking van de cadeaublikjes is een belaste levering van goederen in de zin van de Wet.

16. Aangaande de vraag of eiseres met de levering van de cadeaublikjes en de verstrekking van Staatsloten één prestatie verricht, waarbij de levering van de cadeaublikjes opgaat in de (vrijgestelde) verstrekking van Staatsloten, overweegt de rechtbank als volgt. Eiseres levert de cadeaublikjes aan de distributeurs. De diensten met betrekking tot de verstrekking van Staatsloten verricht eiseres niet aan de distributeurs, maar aan de kopers van de loten. Nu eiseres de onderscheiden prestaties verricht aan verschillende afnemers, kan, naar het oordeel van de rechtbank, reeds om die reden geen sprake zijn van één samengestelde prestatie. Derhalve is de levering van de cadeaublikjes een afzonderlijke (belaste) levering in de zin van artikel 3, eerste lid, aanhef en onderdeel a, van de Wet.

Juridische dienst

17. Eiseres heeft ter zitting verklaard dat zij juridisch advies van een derde heeft afgenomen ten behoeve van een gezamenlijk met [E loterij] te ontwikkelen loterijsysteem en dat zij dit advies ter beschikking heeft gesteld aan [E loterij]. Daarvoor heeft eiseres een deel van de kosten van het advies aan [E loterij] op factuur doorbelast. Gelet op de hiervoor vermelde verklaring ter zitting en de onder 6. vermelde e-mail van een medewerker van eiseres is de rechtbank van oordeel dat eiseres niet een dienst, en derhalve ook niet een belaste dienst, heeft verricht jegens [E loterij]. Zij heeft slechts het resultaat van een aan haarzelf verrichte dienst met [E loterij] gedeeld. Eiseres heeft dan ook ten onrechte ter zake van die doorbelasting omzetbelasting op haar aangiften voldaan en de daaraan toe te rekenen voorbelasting ten onrechte op haar aangiften afgetrokken.

18. Gelet op hetgeen hiervoor onder 16. is overwogen, zijn de leveringen van de cadeaublikjes als op zichzelf staande belaste leveringen aan te merken en verricht eiseres in 2009 naast haar vrijgestelde prestaties derhalve ook belaste prestaties. Over die leveringen is eiseres omzetbelasting verschuldigd en de daaraan toe te rekenen voorbelasting komt voor aftrek in aanmerking. Voorts brengt dit mee dat zij naar rato van die belaste prestaties recht heeft op aftrek van de voorbelasting die drukt op haar algemene kosten. Zoals vermeld onder 10., waar de rechtbank zich bij aansluit, dient in dat geval het bedrag van de aftrek ter zake van de algemene kosten te worden vastgesteld op € 108.809. Het beroep dient daarom gegrond te worden verklaard.

Proceskosten

18. De rechtbank vindt aanleiding verweerder te veroordelen in de kosten die eiseres in verband met de behandeling van het bezwaar en het beroep redelijkerwijs heeft moeten maken. Deze kosten zijn op de voet van het Besluit proceskosten bestuursrecht voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vastgesteld op € 1.310 (1 punt voor het indienen van het bezwaarschrift, 1 punt voor het verschijnen ter hoorzitting met een waarde per punt van € 218, 1 punt voor het indienen van het beroepschrift, 1 punt voor het verschijnen ter zitting met een waarde per punt van € 437 en een wegingsfactor 1).

Beslissing

De rechtbank:

-verklaart het beroep gegrond;

-vernietigt de uitspraak op bezwaar;

-draagt verweerder op een teruggaaf te verlenen tot een bedrag van € 108.809;

-veroordeelt verweerder de proceskosten tot een bedrag van € 1.310 te betalen aan eiseres;

-draagt verweerder op het door eiseres betaalde griffierecht van € 302 aan eiseres te vergoeden.

Deze uitspraak is gedaan door mr. G.J. Ebbeling, voorzitter, mr. T. van Rij en

mr. K.M. Braun, leden, in aanwezigheid van mr. B. van Eeuwijk, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 15 februari 2012.

griffier rechter

Afschrift verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kunnen partijen binnen zes weken na de verzenddatum hoger beroep instellen bij het gerechtshof te 's-Gravenhage (belastingkamer), Postbus 20021, 2500 EA Den Haag.

Bij het instellen van hoger beroep dient het volgende in acht te worden genomen:

1. - bij het beroepschrift wordt een afschrift van deze uitspraak overgelegd.

2. - het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste het volgende vermelden:

a. de naam en het adres van de indiener;

b. een dagtekening;

c. een omschrijving van de uitspraak waartegen het hoger beroep is ingesteld;

d. de gronden van het hoger beroep.