Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 30-10-2018, ECLI:NL:RBZWB:2018:6406, AWB - 17 _ 399
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 30-10-2018, ECLI:NL:RBZWB:2018:6406, AWB - 17 _ 399
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum uitspraak
- 30 oktober 2018
- Datum publicatie
- 22 februari 2019
- ECLI
- ECLI:NL:RBZWB:2018:6406
- Formele relaties
- Hoger beroep: ECLI:NL:GHSHE:2019:3542, Bekrachtiging/bevestiging
- Zaaknummer
- AWB - 17 _ 399
- Relevante informatie
- Wet op de omzetbelasting 1968 [Tekst geldig vanaf 01-01-2025 tot 01-01-2026]
Inhoudsindicatie
Wet OB; verricht belanghebbende voor de omzetbelasting belastbare economische activiteiten? De rechtbank oordeelt dat dit het geval is. Belanghebbende ontvangt een tegenprestatie voor de geleverde goederen. Geen sprake van een symbolische vergoeding of vrijgevigheid. Belanghebbende kan geen beroep doen op de margeregeling want op het moment van aanbieding van de goederen aan belanghebbende is de inkoopprijs nihil.
Uitspraak
Belastingrecht, enkelvoudige kamer
Locatie: Breda
Zaaknummer BRE 17/399
uitspraak van 30 oktober 2018
Uitspraak als bedoeld in afdeling 8.2.6 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in het geding tussen
[belanghebbende] , gevestigd te [X] ,
belanghebbende,
en
de inspecteur van de Belastingdienst,
de inspecteur.
1 Ontstaan en loop van het geding
3 Geschil
Partijen verschillen van mening over de vraag of de winkelomzet van belanghebbende al dan niet belast is met omzetbelasting. Indien deze vraag bevestigd moet worden beantwoord is aan de orde of de margeregeling kan worden toegepast.
Ter zitting heeft de inspecteur erkend dat in bezwaar het inzagerecht is geschonden. De inspecteur heeft zich, voor wat betreft de gevolgen daarvan, gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank. Partijen hebben de rechtbank verzocht de zaak af te doen op basis van de zich in het dossier bevindende gedingstukken. Belanghebbende heeft ter zitting het beroep op schending van de hoorplicht laten vallen.
Partijen doen hun standpunten steunen op de gronden die daartoe door hen zijn aangevoerd in de van hen afkomstige stukken.
Belanghebbende concludeert tot gegrondverklaring van het beroep, vernietiging van de uitspraak op bezwaar en primair vermindering van de voldoening op aangifte tot nihil. Subsidiair concludeert belanghebbende tot een teruggave van omzetbelasting met toepassing van de margeregeling. De inspecteur concludeert tot ongegrondverklaring van het beroep.